Zes op de tien Belgische middenkaders beschrijven de complexiteit van het werk in hun bedrijf als ‘zeer hoog’ (score > 8 op 10). De meerderheid van de ‘gewone’ bedienden (54%) vindt het werk daarentegen gemiddeld complex (5-7 op 10). 75 procent van de middenkaders zegt dat hun bedrijf te veel hiërarchische lagen, rollen en processen telt.
Volgens een onderzoek van de internationale dienstenleverancier TriFinance zijn de drie belangrijkste factoren die volgens middle managers structureel aan de complexiteit van het werk bijdragen:
· te veel reorganisaties van het bedrijf (81%)
· te veel externe regulering (65%)
· een te grote diversiteit van de bedrijfsactiviteiten (32%)
Voor bedienden zijn deze structurele factoren meer gelinkt aan de loutere organisatie van het bedrijf. Ze wijzen op:
· de structuur van de organisatie (70%)
· het aantal herstructureringen (66%)
· het te grote aantal afdelingen binnen het bedrijf (62%).
Herstructureringen vragen een grote veranderbereidheid van werknemers. Die dreigen wel eens het overzicht te verliezen van wat er allemaal verandert. Liefst 87 procent van de respondenten die op een departement werken dat de voorbije tien jaar meer dan drie keer werd geherstructureerd, zegt dat deze reorganisaties het werk complex hebben gemaakt. Als er minder dan drie reorganisaties plaatsvonden, is dat nog altijd 74 procent.
Middenkader betaalt het gelag.
Driekwart (75 procent) van de middenkaders uit het onderzoek geeft aan dat zijn bedrijf te veel hiërarchische lagen, rollen en processen telt. De helft van de middle managers vindt dat die rollen en functies ook slecht gedefinieerd zijn. 67 procent zegt dat het moeilijk is om werk gedaan te krijgen vanwege meetings en rapportering. Ze laten daar bedienden (40%) en arbeiders (20%) ver achter zich. 61 procent van de middle managers vindt de eigen organisatie vaak te complex georganiseerd in vergelijking met concurrenten uit dezelfde sector. Arbeiders (32%) en gewone bedienden (38%) zijn minder vaak die mening toegedaan.
‘Managers voelen zich vaak overweldigd,’ zegt Jean-Marie Bequevort, expert in management en bedrijfsorganisatie bij TriFinance. ‘Zij moeten zoals jongleurs tegelijkertijd diverse borden draaiende houden. Ze zitten gekneld tussen de directie, de regelgeving en de rest van de organisatie. Hun rol is complexer dan ooit tevoren. Dat heeft onder meer te maken met de toevloed aan regelgeving, procedures en nieuwe technologieën, de niet aflatende golf aan fusies en overnames en de toegenomen diversiteit van het personeel.’
Oerwoud aan beleidslijnen.
Processen, procedures en beleidslijnen spelen een belangrijke rol in de ervaring van werk als complex. Meer middenkaders (60%) dan bedienden (36%) en arbeiders (31%) vinden procedures en beleidslijnen verwarrend omdat ze verschillen van departement tot departement. Zowat de helft (48%) van zowel de bedienden als de midden-kaders zegt zelfs overdonderd te zijn door de grote hoeveelheid procedures. Een kleine helft (46%) van het middle management zegt dat werkinstructies niet up-to-date zijn.
Een grote meerderheid (58%) van de middenkaders klaagt erover dat processen waarbij verschillende afdelingen betrokken zijn (zoals het proces dat loopt van bestelling tot facturatie) slecht gedefinieerd zijn. Nog eens 55 procent van hen zegt dat de bestaande bedrijfsprocessen niet eens deftig zijn beschreven. Nochtans toonde eerder onderzoek van TriFinance aan dat bedrijven die werken met helder beschreven integrale bedrijfsprocessen, een positieve invloed hebben op het welzijn van medewerkers.
‘Een bedrijf dat zich organiseert op basis van integrale bedrijfsprocessen verhoogt het engagement en de veranderingsbereidheid bij zijn medewerkers,’ zegt Alexander van Caeneghem, business unit leader CFO Services bij TriFinance. ‘Bij een goed beschreven proces weten medewerkers wat hun verantwoordelijkheden zijn. Ze zien beter welke impact hun job heeft op collega’s en op het bedrijf. Daardoor blijken ze ook minder last van stress te hebben. Ze zijn, kortom, gelukkiger én productiever.’
Complexiteit beïnvloedt jobtevredenheid niet.
Of iemand werk als complex ervaart, hangt af van de aard van het werk. Vaak gaat het daarbij om kenniswerk. Uit het onderzoek blijkt een samenhang met computerwerk, opleidingsniveau, functie en salaris. Ook anciënniteit speelt een rol. Zo scoort 38% van de werknemers met 20 jaar anciënniteit de complexiteit van de werkomgeving ‘zeer hoog’, terwijl dat bij de mensen met 5 tot 9 jaar anciënniteit slechts 24 procent is.
Over alle organisatiegroottes heen noemt grosso modo één op de drie Belgen zijn werk ‘zeer complex’. De grootste groep werknemers die hun werk nauwelijks complex noemen, zijn te vinden in kmo’s. Daar geeft 25% van de respondenten de ingewikkeldheid van zijn werk een score tussen de 0 en de 4 op 10. Bij grotere bedrijven ligt dat percentage rond de 10%. Het onderzoek bracht geen fundamentele verschillen aan het licht in private sector, non-profit en overheid.
De complexiteit van werk lijkt geen invloed te hebben op jobtevredenheid. Die ligt bij arbeiders, bedienen én middenkaders rond de 7 op 10. Wél een duidelijk verband is er met efficiëntiescores. Terwijl arbeiders hun bedrijf qua efficiëntie gemiddeld 6,4 op 10 geven en bedienden 6 op 10, ligt de waardering van het middenkader (5,7 op 10) een stuk lager. Zij hebben het duidelijkste beeld van de complexiteit in hun bedrijf.
Bron : TriFinance – Over het onderzoek – In opdracht van CFO Services TriFinance organiseerde iVox een online bevraging bij 1000 werknemers (arbeiders, bedienden, middenmanagement), representatief voor de Belgische arbeidspopulatie op leeftijd, gender, opleiding en regio. De bevraging liep van 26 april tot 11 mei 2018. De foutenmarge bedraagt 3,02%.