NL | FR | LU
Peoplesphere

De arbeidswetgeving moet moderner volgens het merendeel van de bedrijven

De regering moet dringend werk maken van de verdere modernisering van de arbeidswetgeving, zoals voorzien in het regeerakkoord, dit volgens een steekproef bij 200 Belgische bedrijven. De huidige regeling kost volgens drie op vier KMO’s en ruim de helft van de grote bedrijven banen. Naast een meer flexibele regeling voor werkuren, overuren en nachtwerk, moet ook het statuut van arbeiders en bedienden verder geharmoniseerd worden.

1 jaar na de gelijkschakeling resten er te veel verschillen tussen arbeiders en bedienden. 3 op 4 grote bedrijven vindt het eenheidsstatuut een goede zaak. Bij KMO’s is dat amper voor 1 op 5 het geval. Beide zijn het er over eens dat het nieuwe eenheidsstatuut hun HR beleid moderniseert, maar tegelijk een rem zet op de vaste rekrutering van werknemers.

Bedrijven winden er geen doekjes om: de arbeidswetgeving moet volgens 8 op 10 dringend moderner. De helft vindt de huidige wetgeving verstard en meent dat dit weegt op de tewerkstelling. Het stokpaardje is meer flexibiliteit, zowel op het vlak van de werktijden als wat betreft de afspraken hierover. Ruim de helft van de ondervraagden ziet deze het liefst op het niveau en maat van zijn bedrijf gebeuren en niet of minder via wetgeving of cao’s.

Nachtwerk niet enige doorn in het oog

De belofte van de regering en afspraak binnen het regeerakkoord om een regeling te vinden voor nachtwerk in logistieke centra en e-commerce bedrijven komt niets te vroeg. Ruim de helft van de werkgevers wil het verbod afschaffen en een kwart geeft aan dat ze nieuwe investeringen in logistieke centra eerder in de buurlanden Nederland en Duitsland zouden doen. Uit de studie blijkt dat vooral grote bedrijven vragende partij zijn, voor kleinere bedrijven speelt dit minder.

Maar dat is niet alles: 2 op 3 werkgevers wil dat de resterende verschillen in de statuten van arbeiders en bedienden snel verdwijnen. Volgens bijna de helft van de ondervraagden veroorzaakt dit onnodige complexiteit en bemoeilijkt het de toepassing van het eenheidsstatuut. Het meest urgent is, volgens ruim de helft, de gelijkschakeling van de voorwaarden tot tijdelijke werkloosheid, het gewaarborgd loon bij arbeidsongeschiktheid en de aanvullende pensioenregeling. Minder dringend zijn de eengemaakte lijsten voor sociale verkiezingen, een identieke regeling voor het vakantiegeld en uniforme werkgevers-bijdragen voor de sociale zekerheid.

Eenheidsstatuut professionaliseert HR

Eén jaar na de inwerkingtreding van het eenheidsstatuut zijn bedrijven het er niet over eens of de regeling nu wel dan niet een goede zaak is. Van de kleine en middelgrote bedrijven staan amper 1 op 5 ondervraagden positief tegenover de hervorming. Minder dan de helft van de KMO’s (44%) slaagt er, 1 jaar na de inwerkingtreding, maar in om het complexe eenheidsstatuut toe te passen, tegenover 65% van de grote bedrijven. Bij deze laatsten zijn dan ook 2 op 3 werkgevers uitgesproken tevreden over het nieuwe statuut, al vinden zij het kostenplaatje erg duur.

De nieuwe regeling brengt vooral een verdere professionalisering van het HR management met zich mee. Dit gebeurde volgens ruim de helft van de ondervraagden zowel op het vlak van rekrutering, als voor de evaluatie en opvolging van werknemers en voor de ontslagprocedure. Voor dit laatste geldt sinds 1 jaar een motiveringsplicht. Hierdoor ziet de grote meerderheid (75%) van de bedrijven meer en beter toe op het functioneren van zijn werknemers en voorziet het structureel evaluaties van werknemers (50%). Een kwart van de ondervraagden bevestigt dat ze in dit verband ook de social media van hun werknemers opvolgen.

Rem op vaste rekrutering

Het valt op dat door de afschaffing van de proeftijd 2 op 3 bedrijven starters eerst een contract van bepaalde duur aanbieden. De helft doet ook meer beroep dan voorheen op uitzendkrachten. Minder positief is dat meer dan de helft van de bedrijven en in het bijzonder kleinere (66%) langer wachten alvorens over te gaan tot rekrutering of deze gewoon uitstellen tot het niet meer anders kan. 1 op 3 neemt minder gemakkelijk arbeiders aan en anderzijds leiden de kortere opzegtermijnen voor bedienden volgens 2 op 3 niet tot het sneller aanwerven van deze profielen.

Meer ziekteverzuim

Tot slot peilde de bevraging ook naar de impact van het afschaffen van de carensdag. Ruim de helft van de ondervraagden zou deze liever weer invoeren, maar dan voor alle werknemers. KMO’s (65%) voelen deze nood sterker aan dan grote bedrijven (50%). Alle ondervraagde bedrijven stellen immers een stijging van het ziekteverzuim vast. Volgens 1 op 4 zijn er opvallend meer ‘maandagzieken’. Een kwart van de werkgevers stuurt vandaag ook sneller een controle arts naar een zieke werknemer dan voorheen.

This website is brought to you by Quasargaming.com's online Fruitautomaten games such as Speelautomaten and Gokautomaten.