Een jaar na de extra uitbreiding van het systeem van flexi-jobs naar nieuwe sectoren, lijkt het systeem vooral in de begrafenissector en de logistiek een schot in de roos. Een kwart van de werknemers bij begrafenisondernemers is intussen een flexi-jobber, in de logistiek gaat het om 1 op de 12. Ook opvallend: vooral ouderen kiezen steeds meer voor een flexi-job. Eén op de vijf flexi-jobbers is intussen 65-plus, een stijging van maar liefst 27% in vergelijking met 2023.
Eén jaar geleden breidde de federale regering het systeem van de flexi-jobs uit. Voortaan is het mogelijk om naast de traditionele sectoren, zoals de horeca en distributie, ook bij te klussen in heel wat andere sectoren, waaronder de begrafenissector en de logistiek. Uit het onderzoek van Acerta blijkt dat de uitbreiding van het toepassingsgebied bijval kent. De meeste flexi-jobs blijven weliswaar nog steeds geconcentreerd in de paritaire comités waar flexi-jobs al langer een optie zijn, met name de horeca, waar bijna een kwart (23,4%) van de werknemers een flexi-jobber is. In de nieuwere sectoren tekent de meest opvallende tendens zich af bij begrafenisondernemers. Al aan het eind van het eerste jaar dat flexi-jobbers een optie zijn, is ruim een kwart (26,1%) van de medewerkers in deze sector een flexi-jobber. In de sector vervoer & logistiek gaat het over 8,4%.
Tom Dirix, expert flexi-jobs van Acerta: “In mei van dit jaar stelden we bij enkele “nieuwe” sectoren – d.w.z. waar het sinds 2024 mogelijk is om op flexi-jobbers een beroep te doen – al een voorzichtige positieve reactie vast. De sector van de begrafenisondernemers en vervoer & logistiek, beide sectoren die sinds dit jaar flexi-jobbers kunnen inzetten, steken er wel bovenuit. De andere sectoren hebben wellicht nog wat meer tijd nodig om significant bij te dragen aan het percentage. Wel met deze bedenking: niet in alle paritaire comités zijn flexi-jobs voor álle activiteiten een optie, een laag percentage kan de eigenlijke populariteit dus onderschatten.”
Groei verschilt in diverse sectoren
Niet in alle sectoren zal het aandeel flexi-jobbers blijven stijgen, voorspelt Acerta. Tom Dirix: “Ook dat heeft te maken met de aanpassing van het systeem in 2024. Het gaat immers niet alleen over een uitbreiding, het systeem werd ook bijgestuurd. De voorwaarden om als flexi-jobber aan de slag te mogen gaan zijn bijvoorbeeld verstrengd, net zoals de regels rond verloning (behalve voor de horeca). Sectoren waar nog geen flexi’s zijn toegelaten, kunnen aangeven dat wel te willen (opt-in). Net zo goed kunnen sectoren die het systeem bij hen liever niet meer zien, een schrapping vragen (opt-out). Het systeem van flexi-jobs is een dynamisch systeem dat mee surft op de evolutie van de noden en de wetgeving. Het is ook afwachten of er in kader van toekomstig federaal regeerakkoord nog veranderingen zullen worden doorgevoerd aan het systeem flexijobs.”
1 op de 5 flexi’s is ouder dan 64 jaar
Wat ook opvalt in de cijfers: de uitbreiding van flexi-jobs naar nieuwe sectoren heeft gezorgd voor een piek in het aantal ouderen dat bijklust. In vergelijking met vorig jaar is het aantal werknemers tussen 55 en 64 dat bijklust met 12% gestegen, in de leeftijdsgroep boven de 64 betreft de toename zelfs 27% op één jaar tijd. Maar liefst één op de vijf flexi-jobbers is momenteel ouder dan 65 jaar. De grootste groep flexi-jobbers blijft wel de 25 tot 34-jarigen met een aandeel van 27,9%, maar dat komt omdat zij sowieso ook de grootste groep van de volledige werknemerspopulatie uitmaken.
Tom Dirix: “Met de recentste aanpassing van het systeem van flexi-jobs begin 2024 is er ook een plafond van inkomen vastgelegd op 12.000 euro/jaar, maar niet voor gepensioneerden. Al geldt er sinds 1 januari 2025 wel een inkomensplafond voor gepensioneerden die vervroegd met pensioen gingen en de wettelijke pensioenleeftijd van 66 jaar nog niet bereikt hebben én minder dan 45 jaar gewerkt hebben bij de start van hun pensioen. Het is niet onlogisch dat dat jongere flexi’s twee keer doet nadenken. De meeste oudere flexi’s krijgen niet alleen geen financiële beperkingen opgelegd; door de uitbreiding van het toepassingsgebied krijgen ze ook in meer sectoren kansen. Het is nog afwachten wat het effect zal zijn van de verhoogde pensioenleeftijd en het nieuwe loonplafond voor ouderen die vervroegd met pensioen gingen: zal een later pensioen het enthousiasme om dan nog te flexi-jobben temperen? Voorlopig merken we dat gepensioneerden vooral de voordelen zien, zowel financieel als inhoudelijk. Een flexi-job biedt mensen immers de kans om, naast of na de vaste job, nog iets helemaal anders te doen. Voor de arbeidsmarkt bieden flexi’s een opportuniteit om pieken en dalen op te vangen. Voorlopig geven de cijfers aan dat beide partijen het systeem weten te appreciëren.”
Bron: Acerta – analyse op basis van de gegevens van meer dan 20.000 Belgische bedrijven actief in sectoren waar flexi-jobs zijn toegestaan.