Voor het eerst in jaren daalt het kortverzuim. Een op drie Belgen (31%) was in 2023 geen enkele dag afwezig door ziekte van korte of middellange duur. Dat is beter dan in 2022 (toen was het 29%). Het middellang verzuim (tussen 1 maand en 1 jaar) stijgt in aantal dagen; maar er zijn niet meer werknemers middellang afwezig (13%).
Gemiddeld waren de Belgen niet vaker ziek dan in 2022 (1,73 keer per jaar). Het gemiddeld aantal dagen daalde van 12,7 in 2022 naar 12,1 in 2023. Een aantal sectoren staan meer onder druk dan anderen: in de top 10 in 2023 staan onder meer de thuiszorg, de dienstenchequebedrijven en de grondafhandeling op de luchthavens.
Kortverzuim daalt voor het eerst
De kortdurende afwezigheden op het werk (< dan 1 maand) zijn in 2023 gedaald ten opzichte van 2022. Dit is voor het eerst in 10 jaar. Met 3,24% is het verlies aan werkdagen nog niet terug gezakt tot onder het niveau van 2021 en de jaren ervoor, toen dit onder de 3% bleef.
Brussel en Vlaanderen kennen een gelijkaardig cijfer van 3,25 en 3,24%. In het Waals gewest bedraagt het gemiddeld 3,14%. De daling is het grootst in Brussel (met -6,9%), gevolgd door Vlaanderen (-6,3%). Opvallend: kortverzuim is het laagst bij de 45-54 jarigen (3,1%) maar de daling t.o.v. vorig jaar is het grootst bij de 30-35 jarigen (-8,2%). De daling is ook het grootst bij de bedienden (-6,8% t.o.v. -5,3% bij arbeiders). Bedienden kennen bovendien ook het laagste verzuim (2,85% in 2023).
In totaal gingen er 6,30% van de werkdagen verloren door ziektedagen (afwezigheden tot max. 1 jaar).
Middellang verzuim (tussen 1 maand en 1 jaar) stijgt verder
Het middellang verzuim is gestegen van 2,95% naar 3,04%. Dat is een relatieve stijging op jaarbasis met 3,05%. De stijging is het grootst in Vlaanderen (+3,8% – er is geen stijging in Wallonië, dat 3,50% middellang verzuim kent). In Vlaanderen en Brussel is het verlies aan dagen door het middellang verzuim 2,99% en 2,89%.Middellang verzuim is het laagst bij de -30 jarigen (maar daar is het het meest toegenomen, met 10%). Op maandbasis zitten we sinds september voorbij de ‘kaap’ van 3%. De stijging is het grootst bij de bedienden, maar zij kennen ook het laagste middellang verzuim.
Katleen Jacobs van SD Worx België verduidelijkt: “De daling van het kortverzuim ligt dus aan het feit dat er vorig jaar iets minder mensen afwezig waren op het werk. Gemiddeld waren we als Belgen ook niet vaker ziek. Wie (kort of middellang) ziek was, was iets minder lang ziek. In de eerste helft van 2023 lag het kortverzuim lager dan in 2022; in de tweede helft iets hoger, met uitzondering van december. Het is belangrijk dat werkgevers het eigen verzuim in kaart brengen en benchmarken met vergelijkbare organisaties, zowel naar grootte als naar sector.”
De specialist vervolgt: “Voor 2023 schat SD Worx de loonkosten van de niet-gepresteerde tijd op 1.528 euro per voltijdse werknemer (vte) per jaar, patronale kosten niet inbegrepen. Zowel de directe als de indirecte kosten van verzuim zijn bijzonder hoog[2] . Die hebben dan ook een zware impact op de totale personeelskosten. Daarnaast is er ook een enorme impact op de productiviteit, werkorganisatie en motivatie van medewerkers die de continuïteit garanderen. Daarom is het belangrijk dat je als werkgever op verschillende fronten werkt aan het terugdringen van verzuim.”
Langverzuim (meer dan 1 jaar) stabiel
Het lang verzuim vertoont een stijgende trend de laatste vijf jaar. In 2023 bedraagt het 3,63%, wat nauwelijks hoger is dan in 2022 (3,61%). Ook het percentage langverzuimers blijft het laatste jaar zo goed als stabiel: het stijgt van 3,02% in 2022 naar 3,06% in 2023. Het totaal verlies aan dagen komt in 2023 gemiddeld neer op 9,91%. Dat is één op tien werkdagen, die verloren gaat door ziekte (kort, middellang en lang).
Bart Teuwen, verzuimexpert bij Mensura, externe dienst voor preventie en bescherming op het werk: “De schijnbare stagnatie van lang verzuim is mogelijk optisch bedrog. De aanwas van het middellang verzuim kan op korte termijn het langverzuim alweer versterken. Onderzoek toont aan dat na drie maanden afwezigheid de helft van de arbeidsongeschikte werknemers niet meer terugkeert naar zijn huidige werkgever. Werkgevers doen er goed aan om in te zetten op verzuimpreventie en tegelijk volop werk te maken van informele re-integratie.”
Sectoren onder druk
In de top 10 van sectoren met het hoogste percentage ziekteverzuimers (kort- en middellang verzuim) zien we de zorg hoog scoren, en andere sectoren die de aanwezigheid op de werkvloer vereisen. Bedrijven met een erg hoog % verzuimers zijn vooral sectoren met arbeiders of gemengde sectoren (arbeiders en bedienden). Zo gaat het ook vaak om sectoren die minder flexibiliteit vertonen rond plaats- en tijdsonafhankelijk werken. Telewerken heeft bijvoorbeeld een positieve impact op ziekteverzuim.
Bron: ‘SD Worx Rapport Ziekteverzuim 2023 in België’ – de cijfers zijn gebaseerd op de laatste loongegevens van SD Worx. We onderzoeken het absenteïsme – zowel het kortdurende ziekteverzuim (< 1 maand) als het middellange ziekteverzuim (> 30 dagen en < 1 jaar). Het zijn geanonimiseerde gegevens van meer dan 800.000 werknemers uit meer dan 23.000 Belgische bedrijven in de privésector. Hiermee kan SD Worx een goed beeld geven van de evolutie van afwezigheid op het werk wegens ziekte. Het gaat om werknemers ouder dan 18 jaar die langer dan 6 maanden in dienst zijn; met uitzondering van studenten en uitzendkrachten.