De VDAB Schoolverlatersstudie 2016 beantwoordt de vraag naar de tewerkstellingskansen van de Vlaamse schoolverlaters. Ze onderzoekt welke opleidingen goede kansen bieden op werk en na welke opleidingen de zoektocht naar een job wat moeizamer verloopt.Het betreft de jongeren die de school hebben verlaten in 2015 en die door VDAB één jaar lang worden opgevolgd. In juni 2016 wordt nagegaan hoeveel van deze schoolverlaters als werkzoekend zijn ingeschreven.
De belangrijkste conclusies van de studie:
Het aandeel schoolverlaters dat 1 jaar na het schoolverlaten werkzoekend is, was in juni 2016 het laagst in 5 jaar tijd, 11%. Dit lage werkzoekendepercentage weerspiegelt de sterke groei van de Belgische arbeidsmarkt in 2016. De jobcreatie was het hoogst sinds jaren.
Het aandeel schoolverlaters dat zonder enige kwalificatie de arbeidsmarkt betreedt, stabiliseert. Na de sterke daling tussen 2011 en 2014, blijft het aandeel steken op 7,8%.
Nog steeds meer mannen dan vrouwen kiezen voor een STEM-opleiding (Science – Technologie – Engineering – Mathematics). Mannelijke STEM’ers stromen ook vlotter door naar de arbeidsmarkt dan de mannelijke niet-STEM’ers. Bij vrouwen zien we het omgekeerde: niet-STEM’ers presteren gemiddeld beter dan STEM’ers. Alleen op masterniveau scoren vrouwelijke STEM’ers even goed als niet-STEM’ers.
Een 7de jaar BSO3 of TSO3 loont meer dan de moeite, vooral binnen STEM-opleidingen. De keuze voor STEM én een specialisatie- of se-n-se-jaar verhoogt sterk de kansen op de arbeidsmarkt.
Het aandeel mannelijke schoolverlaters uit STEM-richtingen in TSO3 daalt verder. Ten opzichte van 2011 zien we in de studiegebieden ‘Auto’, ‘Bouw’ en ‘Mechanica-Elektriciteit’ een daling van resp. 28%, 35% en 28%. Met de grote vraag naar technische profielen en geschoolde arbeiders is dit geen goede zaak.
Professionele bachelors en masters maken nog steeds een uitstekende aansluiting met de arbeidsmarkt. Ook nu zien we echter dat niet alle opleidingen even goed matchen met de vraag op de arbeidsmarkt.
Meer vrouwen dan mannen verlaten de school met een hoger diploma. Van de vrouwelijke schoolverlaters haalt 55% een PBA- of MAS-diploma, tegenover 39% va de mannelijke schoolverlaters.
Het aandeel hooggeschoolden blijft verder toenemen. Voor het eerst wordt de kaap van 50% overschreden. Jammer genoeg gaat dit ten koste van de middengeschoolden.