VDAB, GTB, Riziv en de Vlaamse ziekenfondsen werken sinds 2012 intensief samen om mensen die arbeidsongeschikt zijn weer aan de slag te helpen. Die samenwerking loont. 35 procent van de doelgroep gaat na een VDAB-traject weer aan het werk. Opleiding blijkt een belangrijke succesfactor te zijn.
Sinds de start van het samenwerkingsakkoord zijn al heel wat stappen ondernomen. Zo is de communicatie tussen de verschillende actoren op het terrein veel beter op elkaar afgestemd en werden door de jaren heen processen verfijnd en wetgeving bijgestuurd.
Een eerste belangrijke stap hierin is de activerende rol van de adviserend geneesheer van het ziekenfonds. Hij maakt samen met de werkzoekende persoon de eerste inschatting om een traject naar werk op te starten. Dat resulteerde in maar liefst 10.579 doorverwijzingen van arbeidsongeschikte personen naar de VDAB in de periode oktober 2012 tot en met oktober 2016.
Belang van opleiding
Na een eerste oriëntering bekijken de werkzoekende, de VDAB-bemiddelaar en de adviserend geneesheer samen welke acties nodig zijn om de doorstroom naar werk mogelijk te maken. Hierbij blijkt het aspect opleiding zeer belangrijk te zijn. 1 op de 3 start met een opleidingstraject. Dit verklaart ook de langere doorlooptijd van de trajecten. Gemiddeld duurt een traject ongeveer 1,5 jaar. Op 5 jaar tijd zijn er 3.605 opleidingen beëindigd. 92% slaagt in zijn opleiding en maakt op die manier meer kans om een job te vinden. Het RIZIV financiert alle erkende trajecten en opleidingen. Voor 2017 voorziet men 18 miljoen euro.
Maatschappelijke meerwaarde
Studies tonen aan dat het in de eerste plaats belangrijk is voor de ‘zieke’ persoon zelf om weer aan het werk te gaan. De sociale contacten, de zinvolle tijdsbesteding en de financiële slagkracht zorgen ervoor dat de persoon in kwestie niet geïsoleerd raakt en volwaardig kan deelnemen aan de samenleving. Een recente studie van het HIVA toont bovendien aan dat de kosten voor een begeleiding na drie maanden terugverdiend zijn. De investering is dus een win-win situatie voor iedereen: maatschappij, werkzoekende én werkgever.
Het samenwerkingsakkoord tussen VDAB, GTB, RIZIV en de ziekenfondsen resulteerde in een betere activering van arbeidsongeschikte werkzoekenden. Een verderzetting is niet alleen logisch, maar vooral ook wenselijk. De arbeidsmarkt heeft deze competente mensen nodig!
Fons Leroy, gedelegeerd bestuurder VDAB: “Arbeidsongeschikt zijn betekent niet altijd dat je niet kunt werken. Het is vaak zelfs belangrijk om de stap naar werk zo snel mogelijk te zetten. Het bevordert sociale contacten én het herstelproces. Zo kun je terug naar je vorige job of je vorige werkgever, eventueel met een aantal kleine of grote aanpassingen. Maar het is niet altijd mogelijk en dan is het belangrijk om de zoektocht naar werk verder te zetten. Hierin kan VDAB haar rol als bemiddelaar zeker vervullen, en samen met de partners zorgen we voor een win-win voor iedereen.”
Luc Van Gorp, namens de Vlaamse ziekenfondsen: “Met het akkoord van de betrokkene doen we een beroep op de kennis van VDAB en GTB om mensen bij de hand te nemen en de weg te tonen om – op hun eigen niveau – opnieuw deel te nemen aan de maatschappij. Met de kennis van onze partners van de arbeidsmarkt en de verschillende reïntegratiestappen of –mogelijkheden en met onze inbreng bij het aangeven van de competenties en beperkingen van de betrokkene, slagen we er vaak in een match te vinden. Niet altijd, maar vaak een succesverhaal.”