Uit het onderzoek van Securex blijkt dat deeltijdse werknemers die meer dan 50% werken (vb. 4X8u per week), weinig verschillen van voltijdse werknemers. Ze verschillen vooral van werknemers die minder dan halftijds werken. Een kwart van de Belgische werknemers werkt in een deeltijds statuut (1-99%); een minderheid (15%) van hen werkt minder dan 50%. Van de leidinggevenden werkt 12% deeltijds, bijna allemaal meer dan 50%. Merk ook op dat het momenteel nog vooral een vrouwenaangelegenheid is: 77% is vrouw. Merk ook op dat de groep deeltijders jaar na jaar toeneemt.
Deeltijdse leidinggevenden (merk op bijna alle deeltijdse leidinggevenden meer dan 50% werken) zijn meer tevreden met hun job (93% vs 81%) dan voltijdse leidinggevenden. Ze voelen zich meer thuis in hun organisatie (82% vs 71%). En ze zouden, indien ze de keuze kregen, vaker opnieuw voor dezelfde job opnieuw kiezen (80% vs 73%). Ze geven meer aan hun job te doen omdat deze voor hen zinvol is (93% vs 85%) en vinden vaker dat hun organisatie handelt op een manier die hun waarden weerspiegelt (82% vs 74%). Het enige waar ze minder tevreden over zijn, is hun professionele groei: ze beweren minder professionele vooruitgang te kunnen boeken binnen hun organisatie (47% vs 58%).
Belgische werknemers die minder dan 50% werken, doen het minder goed op de werkvloer
Ze geven aan minder contactmogelijkheden te hebben in hun job (74% vs 83%) en minder invloed te kunnen uitoefenen in hun team (40% vs 51%) dan de deeltijders die meer dan 50% werken. Ze zeggen zich minder in te zetten (82% vs 89%) en ook minder hun doelstellingen te halen (68% vs 81%). Ze geven ook aan dat ze hun taken op het werk minder goed onder de knie hebben (76% vs 79%) en dat ze minder professionele vooruitgang kunnen boeken binnen hun organisatie (28% vs 37%). Ze nemen ook minder verantwoordelijkheid (62% vs 68%). Ze doen minder extra inspanningen voor het succes van hun organisatie (48% vs 66%), zetten minder nieuwe ideeën om in plannen (38% vs 53%) en vinden minder medestanders om hun ideeën te realiseren (56% vs. 60%). Ze zullen ook minder de producten/diensten van hun organisatie bij derden (bv. familie, vrienden en kennissen) verdedigen (66% vs 73%). Bovendien zijn ze minder trots op hun organisatie (64% vs 74%). Ze vinden hun werk ook minder zinvol (76% vs 83%). Deze lagere prestaties kunnen komen doordat ze minder ondersteund worden in hun loopbaanpad. Ze geven inderdaad aan minder opleidingen te kunnen volgen die de kwaliteit van hun werk bevorderen (36% vs 60%). Ook ligt volgens hen de taakverdeling binnen het team moeilijker (70% vs 80%).
In verband met organisatieveranderingen: ze vinden dat ze onvoldoende informatie krijgen over veranderingen (46% vs 56%) en over het reilen en zeilen (48% vs 63%) in de organisatie, en dat hun organisatie bij veranderingen minder rekening houdt met hun mening (44% vs 49%). Ze zijn (vermoedelijk daardoor) ook minder bereid mee te werken aan veranderingen binnen hun organisatie (70% vs 86%) en hebben minder vertrouwen in de goede afloop van veranderingen die hun organisatie doorvoert (50% vs 62%).
Minder veiligheidsmaatregelen voor werknemers die minder dan halftijds werken
Werknemers die minder dan 50% werken, vinden dat hun organisatie minder tot onvoldoende veiligheidsmaatregelen neemt op hun werkplek (64% vs 76%). Ze beweren ook dat ze minder tot onvoldoende aangepaste werkmiddelen (bv. apparatuur, machines en software) krijgen om hun job volgens de gestelde eisen uit te voeren (56% vs 74%).
Deeltijds werk verlaagt herstelbehoefte
Eerder onderzoek van Securex toont aan dat voltijdse werknemers tot 44% meer kans kunnen hebben om op het einde van de werkdag subjectief vermoeid te zijn, in vergelijking met deeltijdse werknemers. Met andere woorden, ze vertonen een verhoogde herstelbehoefte. Eerste analyses suggereren een belangrijke invloed van herstelbehoefte op de fysieke en mentale gezondheid, wat wijst op een prominente rol van herstelbehoefte in het kader van duurzame inzetbaarheid.
Deeltijds = voltijds
En verder verschillen in deze studie de deeltijdse werknemers (ongeacht werkregime, dus van 0-99%) niet van de voltijdse. Los van hun tewerkstellingspercentage, ervaren ze evenveel autonomie, variatie en feedback. Ze krijgen evenveel loopbaanadvies en maken hun ambities even gemakkelijk duidelijk. Voltijdse en deeltijdse medewerkers ervaren evenveel controle over hun beroepsleven. Ze zijn even tevreden met hun loon en extralegale voordelen, en kunnen even vaak kiezen wanneer ze verlof nemen. Hun werktempo en werkdruk liggen even hoog, en ze ervaren hun emotionele werkbelasting als even zwaar. Deeltijdse en voltijdse medewerkers zeggen bovendien even gemotiveerd te zijn, en met evenveel plezier te gaan werken. Ze voelen zich niet minder verbonden met hun werk of de organisatie. En staan even hard achter haar waarden. Ze ervaren allemaal ook evenveel zelfdeterminatie (gevoel zichzelf te kunnen zijn en zich vrij voelen om werk te doen zoals ze zelf willen). Voltijdse en deeltijdse medewerkers vinden even vaak dat in hun team iedereen zijn inbreng heeft. Het privéleven geeft voor voltijdse en deeltijdse medewerkers opvallend genoeg evenveel stress. Zij hebben dan ook evenveel nood aan ondersteuning en advies om hun dagelijkse professionele en niet-professionele verplichtingen op elkaar af te stemmen.
Merk op dat we in deze studie geen onderscheid maakten tussen werknemers die er zelf voor kiezen om deeltijds te werken, en zij die verplicht deeltijds werken. In toekomstig onderzoek willen we ook uitklaren of het tijdelijk of definitieve karakter van het contract een rol speelt.