Op 17 oktober, Werelddag van Verzet tegen Armoede, voeren de armoedenetwerken samen met mensen in armoede actie over heel het land om het onrecht dat armoede is aan te kaarten. Dat is dit jaar, meer dan ooit te voren, van cruciaal belang. De huidige energiecrisis en stijgende levenskosten storten onze samenleving in een ongeziene verarming. Er dreigt een sociaal bloedbad voor gezinnen in armoede en de lagere middenklasse.
De armoedenetwerken trekken daarom aan de alarmbel: Naast crisissteun moet het beleid dringend investeren in structurele maatregelen, te beginnen met kwaliteitsvolle en energiezuinige huisvesting!
De huidige energiecrisis en inflatie komen bovenop de andere crisissituaties van de afgelopen jaren (corona, de overstromingen van 2021, de droogte van 2022…) die vooral de kwetsbare gezinnen hard troffen. Bovendien komen deze crisissen bovenop structurele problemen, zoals de tekorten op de woonmarkt en op vlak van inkomen voor mensen in armoede. Tekenend zijn de exponentiële cijfers van het aantal mensen die afhankelijk zijn van voedselhulp: van 115.000 in 2010 tot meer dan 177.000 in 2021. Volgens de voedselbanken gaat het voor de periode januari-juni al over 204.000 aanvragen. 1 op 5 personen in België, of ruim 2 miljoen mensen, leven in armoede en sociale uitsluiting¹. In sommige regio’s, zoals Brussel, is de situatie ronduit dramatisch. Hier wordt meer dan één op drie van de inwoners geconfronteerd met een armoederisicio en dreigt dit cijfer binnenkort op te lopen tot één op twee Brusselaars. Ook in Wallonië is het armoedecijfer, met één op viér inwoners, bijzonder hoog. Vlaanderen scoort misschien iets beter maar kan met 12,8% van haar bevolking in armoede en sociale uitsluiting ook geen goed rapport voorleggen.
In deze cijfers zit de impact van de stijgende energieprijzen en levenskosten nog niet vervat. De signalen die wij dagelijks van het terrein ontvangen zijn bijzonder alarmerend. Mensen ontzeggen zich elementaire basisbehoeften (ze besparen op voedsel, verwarming, gezondheidszorg, …) maar kunnen nog steeds hun (energie)facturen niet betalen. De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten en OCMW-federaties in Brussel en Wallonië melden dat de hulpaanvragen bij de OCMW’s, ook door mensen die werken en tot de middenklasse behoren, de afgelopen maanden zeer sterk gestegen zijn. Zowel mensen in armoede als een belangrijk deel van de lagere middenklasse dreigen in een schuldenspiraal terecht te komen.
“Als armoedenetwerken erkennen wij dat de verschillende regeringen in ons land reeds belangrijke steunmaatregelen hebben genomen. Wanneer we naar het terrein kijken kunnen we echter enkel concluderen dat de situatie voor veel mensen onhoudbaar is geworden”, zegt Caroline Van der Hoeven, coördinator van Belgisch Netwerk Armoedebestrijding (BAPN). Daarom roepen de armoedenetwerken de regeringen in ons land op om een paradigmashift te maken. We moeten af van een crisisbeleid (hoewel het op dit moment nodig is) aangezien het mensen slechts tijdelijk een doekje voor het bloeden biedt. Mensen in armoede hebben nood aan een structureel beleid dat armoede bij de wortels aanpakt en geënt is op de groene transitie en een rechtvaardigere fiscaliteit. Wij vragen daarom in de eerste plaats een woon- en energiepact waarbij er massaal geïnvesteerd wordt in het isoleren van gebouwen, te beginnen met de woningen van gezinnen met een laag of middenklasse inkomen (zowel op de publieke als private markt).
Op 23 oktober, een week na Werelddag van Verzet tegen Armoede, zetten de armoedenetwerken hun strijd voor een rechtvaardig ecologisch en sociaal beleid verder op de Klimaatmars samen met vele andere actoren.
Bron: Belgisch Netwerk Armoedebestrijding (BAPN)