De coronacrisis heeft tot op vandaag nog niet voor veel loonverlagingen gezorgd. In de eerste vijf maanden van 2020 leverden amper 5 op 1000 bedienden een deel van hun loon in, zo blijkt uit een analyse van hr-dienstverlener Acerta. Acerta verwacht dat loonverlagingen ook de komende maanden een marginaal fenomeen zullen blijven, aangezien werknemers ermee moeten instemmen om minder te verdienen. Dat zal ook na corona niet meteen gebeuren.
Zo’n 0,5 % van alle bedienden zag tussen januari en mei zijn theoretisch maandloon dalen. Gemiddeld genomen ging het voor die kleine groep over een loonsverlaging van 11,29 %. Dat er in de context van de coronacrisis over het verlagen van lonen van werknemers werd en wordt gesproken, is vooralsnog meer theorie dan praktijk. Want de snelle invoering van het systeem van tijdelijke werkloosheid, waaraan weinig voorwaarden verbonden zijn, gaf bedrijven de kans om gemakkelijk en efficiënt op loonkosten te besparen, waardoor loonverlagingen niet ter spraken hoefden te komen.
Tom Dirix, Juridisch adviseur payrollservices Acerta: “Loonverlagingen kwamen de laatste tijd verschillende keren in de media, wanneer bijvoorbeeld voetballers of wielrenners zich bereid toonden in te leveren op hun loon, of wanneer piloten open stonden om tot bijna de helft van hun loon in te leveren. Maar we mogen niet vergeten: er kan niet eenzijdig over een loonverlaging worden beslist. Dit moet afgesproken worden in een collectieve arbeidsovereenkomst die met de vakbonden wordt gesloten of met de betrokken werknemer in een individuele bijlage bij zijn of haar arbeidsovereenkomst. Zelfs als heel wat bedrijven in de komende maanden hun werknemers zouden vragen om in te leveren, is de kans dat hierover een akkoord tot stand komt eerder uitzonderlijk. De lonen verlagen om kosten te besparen, is maar één en zeker niet de eerste optie in crisissituaties. De bedrijven waarover de afgelopen weken en maanden werd bericht, zijn dus alleenstaande gevallen.”
Ook bij relance is loonverlaging geen eerste keus, werkgevers gaan voor combinatie van meerdere ingrepen
Als loonverlaging bij bedrijven al in beeld komt, zal dat eerder pas volgend jaar zijn, stelt Acerta. Nu de tijdelijke werkloosheid gekoppeld aan corona – zij het onder strengere voorwaarden – vanaf 1 september verlengd zal worden, krijgen bedrijven nog langer meer zuurstof om in te schatten wat hen te doen staat op (middel)lange termijn. Maar of er dan meer bedrijven aan hun werknemers zullen vragen om loon in te leveren, is nog maar de vraag. Door de voorwaarde van ‘wederzijdse instemming’ bij loonverlagingen, kan het voor een werkgever bijvoorbeeld een “makkelijker” oplossing zijn gebruik te maken van ontslag om werk en werknemers beter op elkaar af te stemmen.
“Ook in de nasleep van corona zullen loonverlagingen een marginaal fenomeen blijven. Wat wel mogelijk is dat deze loonverlaging samengaat met een verlaging van de arbeidsduur, een bestaande mogelijke maatregel waarvan de Kern recentelijk nog heeft beslist om deze te versterken. In het post-coronatijdperk zouden de vraag naar mensen en zelfs de arbeidskrapte snel weer realiteit kunnen worden. Als iedereen dan op zoek moet naar geschikt personeel, wordt dat voor werkgevers een dure klus. Wie dan de juiste mensen niet in huis heeft of haalt, zou zijn herstart weleens kunnen missen. Daarom zijn meerdere, duurzamere ingrepen zoals delen van werknemers, (tijdelijk) deeltijds werken of een (tijdelijke) arbeidsduurvermindering met loonverlies, maatregelen die beter passen in een evenwichtig relanceplan.”
Loonverhoging gebeurt ook in tijden van crisis
Opvallend: de loonberekeningen die Acerta analyseerde geven ook aan dat bijna de helft van de bedienden (48,86 %) in de periode tussen januari en mei 2020 een loonsverhoging kreeg.
Tom Dirix: “Er zijn verschillende verklaringen voor deze cijfers. Om te beginnen waren januari en februari nog ‘pre-coronatijd’. Bovendien doet zelfs een crisis eerder gemaakte afspraken niet zomaar ongedaan. Indexatie en baremieke verhogingen als gevolg van anciënniteit laten zich niet door een crisis overrulen. Zo kreeg de grote groep bedienden van het paritair comité 200 in januari zijn jaarlijkse indexaanpassing en de social profit kreeg er in februari of maart één van 2% gekoppeld aan de spilindex.”
Bron: Acerta – De verzamelde gegevens zijn gebaseerd op de werkelijke gegevens van werknemers bij een representatief staal van meer dan 32.000 werkgevers uit de private sector, waartoe zowel kmo’s als grote ondernemingen behoren.