NL | FR | LU
Peoplesphere

Maandelijkse cijfers over de arbeidsmarkt in mei: crisis heeft vooral impact op tijdelijke jobs.

Als Belgisch statistiekbureau wil Statbel de impact van de Covid-19-crisis op de arbeidsmarkt mee in kaart brengen door snelle, indicatieve cijfers ter beschikking te stellen. Op basis van voorlopige resultaten uit de Enquête naar de Arbeidskrachten voor de maand mei, blijkt dat – ondanks het feit dat werknemers in tijdelijke werkloosheid als werkend worden beschouwd – de werkgelegenheidsgraad van 20-64-jarigen de 2de maand op rij gedaald is.

Waar de werkgelegenheidsgraad in maart nog licht steeg, zien we in april en mei een afname van de werkgelegenheidsgraad, van 70,6% in maart naar 69,5% in april en 68,8% in mei. In april en mei vorig jaar bedroeg de werkgelegenheidsgraad nog respectievelijk 71,4% en 71,5%. Tussen april en mei van dit jaar daalt de werkgelegenheidsgraad enkel bij mannen.

De IAB-werkloosheidsgraad van 15-64-jarigen, volgens de definitie van het Internationaal Arbeidsbureau (IAB), bedroeg in maart 4,8%. In april zakte deze werkloosheidsgraad verder naar 4,3% maar in mei stellen we een toename vast naar 5,3%. Dit percentage ligt wel nog lager dan in mei vorig jaar toen de IAB-werkloosheidsgraad 5,6% bedroeg. Tussen april en mei van dit jaar noteren we vooral een toename van de werkloosheidsgraad van mannen (van 4,1% in april naar 5,6% in mei). De werkloosheidsgraad van vrouwen vertoont een minder sterke stijging, van 4,7% naar 4,9%.

Het aantal inactieven dat beschikbaar is maar niet actief naar werk zoekt, blijft stijgen

Bepaalde groepen inactieven hebben kenmerken die sterk aanleunen bij die van de IAB-werklozen maar ze vervullen niet tegelijkertijd de drie criteria om als IAB-werkloos beschouwd te worden. Er zijn drie criteria die maken dat iemand als IAB-werkloze beschouwd wordt. Aan die criteria moet tegelijkertijd voldaan zijn:
– je hebt geen job
– je bent actief op zoek naar werk
– je bent beschikbaar om te beginnen werken binnen de twee weken.

De afgelopen maanden stellen we een sterke toename vast van het aantal personen zonder werk die wel beschikbaar zijn om te beginnen werken binnen de twee weken maar niet actief naar werk zoeken. In maart ging het om 120.000 personen. Dit aantal liep in april op tot 168.000 personen en in mei gaat het om 176.000 personen. In mei vorig jaar bevatte deze categorie inactieven 95.000 personen. Het kan hier onder andere gaan om personen die denken dat er geen job is voor hen, om personen die zorgen voor kinderen of andere afhankelijke personen, personen die ziek zijn,…

De laatste maanden daalt het aantal loontrekkenden met een tijdelijke job. Het gaat hierbij onder andere om interimarbeid, studentenjobs, contracten van bepaalde duur of voor een bepaald werk. Waar in mei vorig jaar 485.000 personen een tijdelijke job hadden, ligt dit aantal een jaar later meer dan 100.000 eenheden lager. Het percentage tijdelijk werk ten opzichte van het totaal aantal loontrekkenden bedraagt in mei dit jaar 9,5% ten opzichte van 9,8% vorige maand en 11,7% in mei vorig jaar.

Gemiddelde effectieve arbeidsduur per week toegenomen ten opzichte van april

Nog meer dan in maart, waar we ons slechts in twee van de vier referentieweken in lockdown bevonden, had de crisis een grote impact op de gewerkte uren in de maand april. In april had meer dan 44% van de werkenden tijdens de referentieweek waarover ze bevraagd werden minder dan gewoonlijk gewerkt of helemaal niet gewerkt. In mei zien we een positief effect van de doorgevoerde versoepelingen. Toen had 33,6% van de werkenden minder dan gewoonlijk gewerkt of helemaal niet gewerkt.
Dit vertaalt zich in een stijging van het gemiddeld aantal gewerkte uren per week ten opzichte van april.
– In mei 2020 presteerden werkenden gemiddeld 30,9 uur per week in een voltijdse job, en 17,4 uur per week in een deeltijdse job, in wat ze beschouwen als hun hoofdjob.
– Dat gemiddelde ligt hoger dan in april 2020, waar in een voltijdse job gemiddeld 26,7 uur gepresteerd werd per week, en 14,5 uur in een deeltijdse job.
– Het ligt een stuk lager dan in mei 2019, toen een voltijdse job goed was voor gemiddeld 37,9 uur en een deeltijdse voor 21,7 uur per week.

Tijdelijke werkloosheid blijft de meest voorkomende reden van afwezigheid

De meest voorkomende reden waarom niet gewerkt werd in mei is – zoals in april – technische of economische redenen (tijdelijke werkloosheid). In mei 2020 waren gemiddeld ongeveer 344.000 werkende personen tijdens de hele referentieweek afwezig omwille van tijdelijke werkloosheid. De maand ervoor (april 2020) ging het om 578.000 personen. De impact van de heropstart van bepaalde sectoren is hier dus duidelijk zichtbaar.

Tijdelijke werkloosheid blijft ook de belangrijkste reden die aangegeven wordt om minder uren te werken. Dit is het geval bij 254.000 werkenden. Dit aantal ligt ongeveer 30.000 eenheden lager dan in april. 200.000 personen werkten in mei minder dan gewoonlijk met als voornaamste reden vakantie of verlof. Dit aantal ligt meer dan de helft lager dan in mei vorig jaar toen 420.000 werkenden minder gewerkt hadden met als voornaamste reden vakantie of verlof.

Bron: Statbel

This website is brought to you by Quasargaming.com's online Fruitautomaten games such as Speelautomaten and Gokautomaten.