Meer dan een derde van de mensen die hebben aangegeven behoefte te hebben aan psychische hulp, heeft geen beroep gedaan op gezondheidszorg. Om in te spelen op deze uitdagingen hebben de Onafhankelijke Ziekenfondsen (Helan) een gedetailleerde analyse gepubliceerd over de evolutie van de geestelijke gezondheidszorg en het gebruik van terugbetaalde psychotrope geneesmiddelen onder haar leden tussen 2019 en 2023. De analyse belicht enkele verontrustende trends en stelt ook een aantal concrete oplossingen voor.
Mentale aandoeningen, zoals angst en depressie, treffen een groot deel van de Belgische bevolking: in 2023 leed 20% van de Belgische bevolking van 15 jaar en ouder aan angststoornissen en had 18% depressieve symptomen, volgens cijfers van Sciensano. Ter vergelijking: in 2018 bedroegen deze percentages 11,2% en 9,4% voor respectievelijk angst- en depressieve stoornissen. Deze cijfers illustreren de aanhoudende impact van de COVID-19-pandemie en de toename van mentale aandoeningen in de afgelopen jaren.
Sinds 2019 is er een stijging van 8% in het aandeel antidepressivagebruikers onder de 2,3 miljoen leden van de Onafhankelijke Ziekenfondsen. Deze toename is vooral opvallend bij jongeren tussen de 12 en 24 jaar. In 2023 nam 10,3% van de leden antidepressiva, vooral vrouwen, ouderen en mensen die langer dan 1 jaar arbeidsongeschikt zijn (invaliden).
Het aantal raadplegingen in psychiatrie neemt ook toe: in 2023 ging 3,1% van de leden naar een psychiater, dit is een relatieve stijging van 5,8% ten opzichte van 2019.
Aanzienlijk meer vrouwen dan mannen raadplegen een psychiater: in 2023 raadpleegde 3,6% van de vrouwen minstens één keer een psychiater, tegenover 2,7% van de mannen.
Op vlak van sociaaleconomische status zien we nog grotere verschillen: in 2023 raadpleegde 6,2% van de rechthebbenden op de verhoogde tegemoetkoming (VT) een psychiater, tegenover slechts 2,7% van de leden zonder VT.
Onder de groep invaliden stijgt dit percentage verder tot 18,7%.
Ook op vlak van leeftijd zien we verschillen, met een meer uitgesproken evolutie onder de beroepsbevolking en jongvolwassenen. Meer mensen tussen 40 en 54 jaar raadplegen een psychiater (4,3% in 2023). Tussen 2019 en 2023 wordt echter een scherpe stijging waargenomen onder jongvolwassenen.
Geografisch gezien hebben Vlaanderen en het Brusselse Gewest ook een stijging van het aantal raadplegingen gezien de afgelopen 4 jaar, terwijl het aandeel Waalse inwoners dat een psychiater raadpleegt stabiel is gebleven.
De ELPZ-overeenkomst: gemakkelijkere toegang tot psychologische zorg
Sinds de invoering in 2021 heeft de overeenkomst voor eerstelijnspsychologische zorg (ELPZ) de toegang tot psychologische zorg in België vergemakkelijkt. In 2023 konden dankzij deze regeling meer dan 1,2 miljoen sessies terugbetaald worden, waarvan het merendeel voor jongeren onder de 24 jaar sinds februari 2024 gratis is.
De overeenkomst is vooral populair bij jongeren, die er vaker gebruik van maken. Anderzijds zijn ouderen ondervertegenwoordigd in het gebruik van de overeenkomst en, in bredere zin, van psychologische zorg. Er moet speciale aandacht worden om ook zorgebehoevende ouderen hun weg naar de juiste zorg te laten vinden.
Ongeveer 95% van de sessies die terugbetaald worden door de wettelijke ziekteverzekering zijn individuele sessies, hetgeen wil zeggen dat amper 5% van de terugbetaalde sessies groepsessies zijn, en dat terwijl hun doeltreffendheid nochtans bewezen is. De nieuwe versie van de ELPZ-overeenkomst benadrukt een beter evenwicht tussen deze twee complementaire benaderingen.
Tot slot is het gebruik van de overeenkomst sterk toegenomen sinds het ontstaan ervan, waardoor het nut van de overeenkomst bewezen wordt. De geplande communicatiecampagnes en de toename van de beschikbare budgetten konden deze positieve trend nog versterken.
Een urgente uitdaging, oplossingen binnen handbereik
De toename in het gebruik van psychologische zorg is bemoedigend, maar brengt ook behoeften aan het licht waarin nog grotendeels niet wordt voorzien. Dit onderzoek vraagt om een collectieve inspanning om het geestelijke gezondheidssysteem aan te passen aan de huidige realiteit. De aanbevelingen van de Onafhankelijke Ziekenfondsen zijn duidelijk: preventie, toegankelijkheid en innovatie.
- Preventie op het vlak van geestelijke gezondheid versterken: de eerste 1.000 dagen van het leven zijn cruciaal voor het geestelijk welzijn van een kind. Investeren in passende zorg en meer ondersteuning vanaf dit vroege stadium is een prioriteit. Maar preventie moet ook doorgaan tijdens de hele kindertijd en adolescentie. De Onafhankelijke Ziekenfondsen bevelen aan om educatieve programma’s op te zetten in scholen, sportclubs en culturele verenigingen om jongeren bewuster te maken van geestelijke gezondheid en om proactief in te grijpen. Dit zou het ook mogelijk maken om langdurige arbeidsongeschiktheid, die sterk wordt beïnvloed door psychosociale stoornissen, te verminderen.
- De toegang tot verzorging garanderen voor iedereen: de Onafhankelijke Ziekenfondsen benadrukken de noodzaak om de begrotingen te verhogen om een gepast aanbod aan gezondheidszorg te garanderen, in het bijzonder voor kwetsbare groepen die nog steeds geconfronteerd worden met tal van financiële en structurele drempels. Er moeten ook oplossingen worden ontwikkeld voor ouderen, met name via initiatieven in rusthuizen. De Onafhankelijke Ziekenfondsen dragen bij aan het toegankelijker maken van de gezondheidszorg door psychologische verstrekkingen gedeeltelijk terug te betalen. Het is echter essentieel om deze initiatieven te versterken om een gelijke toegang tot geestelijke gezondheidszorg te garanderen.
- Innovatie en onderzoek bevorderen: de Onafhankelijke Ziekenfondsen bevelen aan om te investeren in digitale hulpmiddelen als aanvulling op de traditionele zorg, via de ‘blended care’-benadering, die traditionele raadplegingen en digitale oplossingen combineert. Deze methode maakt het mogelijk om tegemoet te komen aan de behoeften van patiënten en tegelijkertijd de middelen beter in te zetten. Het MHealth-platform is een voorbeeld van de integratie van digitale hulpmiddelen in patiëntenmonitoring, maar het potentieel ervan moet nog verder worden ontwikkeld, vooral in de geestelijke gezondheidszorg. Deze aanpak verder ontwikkelen kan professionals hulpmiddelen aanreiken en de toegankelijkheid en doeltreffendheid van de zorg verbeteren.
Een ambitieus preventiebeleid helpt om het gebruik van psychotrope geneesmiddelen op de middellange en lange termijn te verminderen. Door een gediversifieerd zorgaanbod aan te bieden dat is afgestemd op de werkelijke behoeften van de bevolking en tegelijkertijd de inspanningen voor preventie op te krikken, is het mogelijk om het geneesmiddelengebruik terug te dringen en een mentaal weerbaardere samenleving op te bouwen. Deze globale visie, die toegankelijkheid, preventie en innovatie combineert, is een essentiële manier om de uitdagingen op het gebied van geestelijke gezondheid aan te gaan.
Bron: Onafhankelijke Ziekenfondsen