NL | FR | LU
Peoplesphere

Ontslag door overmacht omwille van medische redenen daalt door re-integratiewetgeving: -31%.

Sinds het in voege treden van de reglementering die tot doel heeft de re-integraties van arbeidsongeschikte werknemers te bevorderen is het aantal beëindigingen van de arbeidsovereenkomst met als motivatie ‘overmacht omwille van medische redenen’ gedaald. Ten opzichte van 2016 zelfs met 31%.

Het percentage middellang ziekteverzuim blijft stabiel ten opzichte van 2016 en het percentage van werknemers in een traject van progressieve werkhervatting stijgt. Dat blijkt uit een analyse van hr-dienstverlener ACERTA over ziekteverzuim in 2017. De vrees van vakbonden dat een opgelegd integratietraject in te veel individuele gevallen zou falen en zou leiden naar de beëindiging van de arbeidsovereenkomst door ‘overmacht omwille van medische redenen’ blijkt dus ongegrond.

Minder beëindigingen contract wegens overmacht medische redenen

Een arbeidsovereenkomst kan om verschillende redenen beëindigd worden. Werkgever en werknemer kunnen het initiatief nemen. Binnen alle beëindigingen is de vaststelling van het einde van de arbeidsovereenkomst omwille van overmacht wegens medische redenen er ééntje. In 2017 werd deze beëindigingswijze opgegeven voor 2,77% van alle gevallen.

Het percentage contracten dat wegens overmacht omwille van medische redenen een einde neemt is sinds de wijziging van de re-integratiewetgeving gedaald. Niet alleen tegenover 2016 (-31,4 %), maar ook tegenover alle vijf de voorgaande jaren (-19,3%).

 

Bijna 50% meer progressieve werkhervattingen

Uit deze cijfers kunnen we nog niet met volledige zekerheid besluiten dat de wetgeving re-integratie langdurig zieken in haar eerste jaar ook succesvol was. De bedoeling van deze wetgeving was immers niet op zich om minder ontslagen wegens medische overmacht te hebben, maar wel een kader te voorzien dat beide partijen bij de arbeidsovereenkomst zou aanmoedigen om zo snel mogelijk naar een re-integratie van de arbeidsongeschikte werknemer te gaan. Tegelijkertijd werd ook voorzien dat voortaan nog slechts tot een definitieve overmacht wegens medische redenen kan beslist worden nadat het re-integratietraject is gelopen. Karen van den Bergh, Senior Consult van Acerta Consult: “Al voordat de wetgeving rond re-integratie op 1 december 2016 in voege trad, was het besef gegroeid dat alle partijen er belang bij hebben om langdurig zieke werknemers zo snel mogelijk terug aan de slag te krijgen; in dezelfde of in een aangepaste job. De krapte die op de arbeidsmarkt is ontstaan, versterkt nog de behoefte om met arbeidsongeschikte werknemers afspraken te maken over de dingen die ze, in het kader van hun volledige re-integratie, intussen toch al kunnen doen.”

Dat mensen na afwezigheid door ziekte geleidelijk weer aan het werk kunnen, in plaats van te moeten wachten tot ze weer helemaal de oude zijn voor hun job, bestaat al van voor de re-integratiewetgeving. De re-integratiewetgeving kan maar als succesvol worden beschouwd als ze die progressieve werkhervatting een boost geeft.

Karen van den Bergh: “Het aantal werknemers dat progressief het werk herneemt is in 2017 t.o.v. 2014 met bijna de helft toegenomen. Van alle werknemers die kort of middellang ziek zijn herneemt 1,58% het werk progressief. Maar we zijn er nog niet. Een volgehouden inspanning is gewenst. Werkgevers en werknemers zullen moeten blijven inzetten op flexibiliteit en rematching, met inspanningen van beide kanten.”

Middellang ziekteverzuim stabiel

Cijfers tonen dat de percentages betreffende middellang ziekteverzuim, het segment waarop de re-integratiewetgeving van toepassing is, nagenoeg stabiel blijven, ook in de onderlinge verschillen: de percentages middellang ziekteverzuim zijn lager voor bedienden dan voor arbeiders, ze zijn lager bij mannen dan bij vrouwen en in de social profit komt meer middellang ziekteverzuim voor dan in de profit.

Bron : Acerta

This website is brought to you by Quasargaming.com's online Fruitautomaten games such as Speelautomaten and Gokautomaten.