HR-dienstverlener SD Worx voorziet een ongeziene indexeringsgolf in december en januari. De lonen in de horeca en voedingsindustrie stijgen in januari met ongeveer 11%. De prognose voor januari voor de bedienden van PC 200 stijgt volgens SD Worx tot 11,13%. In december 2022 zullen veel sectoren de lonen indexeren. Het gaat om een recordaantal sectoren. Het is immers voor het eerst dat de overheidsindex al na 1 maand opnieuw de spil overschrijdt, met als gevolg nieuwe indexaties voor onder meer de ziekenhuizen (in december 2022) en andere zorginstellingen zoals gehandicaptenzorg (in januari 2023).
“Voor de voedingindustrie (PC 118) en bedienden in de voeding (PC 220) is de loonindexering van januari al bekend: 10,96%. Ook voor de horeca (PC 302)1 weten we nu al hoeveel de lonen stijgen: 10,964%. Ook het wegvervoer voor rekening van derden van PC 140.03 kent een indexatie van 10,96% voor de baremalonen”, Jean-Luc Vannieuwenhuyse van het Kenniscentrum van SD Worx België.
Meeste bedienden in de privésector moeten wachten tot 1 januari
De meest recente prognose voor de indexstijging van de lonen van de bedienden in PC 200 die jaarlijks op 1 januari 2023 ingaat, bedraagt een maand voor inwerkingtreding 11,13%. PC 200 is het grootste paritair comité in ons land. De afspraken die gemaakt worden in dit PC gelden meteen voor bijna 500.000 bedienden (bij 60.000 werkgevers) in de privésector.
“De meeste sectoren die jaarlijks in januari indexeren (zoals de PC 200), kijken aan tegen verhoging van meer dan 10%. Het definitieve indexcijfer zullen we pas kennen eind december, maar het ziet ernaar uit dat ook dit cijfer zeker driemaal hoger zal zijn, dan vorig jaar (toen het 3,58% was)”, berekende SD Worx.
Recordaantal sectoren indexeren in december en januari
Het mechanisme van automatische loonindexering in ons land beschermt de koopkracht, maar heeft ook een keerzijde: hoge loonkoststijgingen voor werkgevers.
De laatste overschrijding van de overheidsindex dateert nog maar van oktober, met indexaties in november en december.
Jean-Luc Vannieuwenhuyse van het Kenniscentrum van SD Worx België: “We zitten in december en januari met een tsunami aan sectoren die indexeren door de hoge inflatie. Nauwelijks 1 maand na de vorige overschrijding van de spilindex zal de overheid de lonen van werknemers in de gezondheidssector (ziekenhuizen, rust- en verzorgingstehuizen, …) voor de vijfde keer dit jaar met 2% indexeren. Deze indexaties komen bovenop de sectoren in de privésector die in december moeten indexeren, of waar nu ook de spiloverschrijding speelt. Het aandeel betrokken sectoren is minimaal driemaal hoger dan dat we ooit zagen in december.”
De ene index is de andere niet
In bepaalde situaties indexeert enkel het ‘schaalloon’, of het sectorale minimumloon. In andere situaties indexeren alle werkelijke lonen, ook als die hoger liggen dan wat sectoraal verplicht is. Aangezien elke sector eigen afspraken hanteert, kunnen het tijdstip en de mate van indexering onderling wel sterk verschillen.
Er zijn twee grote varianten:
• Indexering op een onbekend tijdstip, bij het bereiken van een ‘spil’ of een drempel. De hoogte van de indexering ligt vast, en bedraagt vaak 2%. De wedden van de ambtenaren en de sociale uitkeringen indexeren op deze wijze, net als de lonen van de werknemers in de scheikunde, of in de gezondheidssector. De indexering gebeurt sneller of trager, naarmate de inflatie hoog of laag is;
• Indexering op een vast tijdstip, met onbekend percentage. Een voorbeeld is de indexering in het paritair comité (PC) nr. 200, het aanvullend PC voor bedienden: dit gebeurt jaarlijks op 1 januari. De hoogte van de indexering varieert in functie van de inflatie.
Er zijn veel meer verschillende toepassingen en berekeningswijzen. Sectoren met spilmechanisme hanteren verschillende systemen. Niet iedereen heeft dezelfde ‘spil’, waarna er een indexering volgt. Daarom verschilt ook het tijdstip van indexering. Bij de sectoren met indexering op een vast tijdstip indexeert het loon soms maandelijks (bijvoorbeeld in de sector van de gas- en elektriciteitsbedrijven), soms elk kwartaal (arbeiders in de bouwsector), soms jaarlijks.
De indexering gebeurt op basis van het zogenaamd afgevlakt gezondheidsindexcijfer. Het gaat om een gemiddeld cijfer over 4 maanden, zonder rekening te houden met de prijs van alcohol, tabak, benzine en diesel.
Voorbeelden van sectoren die indexeren in december 2022
Spiloverschrijding (voor iedereen- alle lonen):
- 201.00 – Paritair Comité voor de zelfstandige kleinhandel
- 202.00 – Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren
- 202.01 – Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven
- 312.00 – Paritair Comité voor de warenhuizen
- 314.00 – Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen
- 315.01 – Paritair Subcomité voor het technisch onderhoud, bijstand en opleiding in de luchtvaartsector
- 317.00 – Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten
- 303.00 – Paritair Comité voor het filmbedrijf
- 303.01 – Paritair Subcomité voor de filmproductie
- 303.03 – Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen
- 304.00 – Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf
- 321.00 – Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen
- 322.01 – Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren
- 330.01a – Privé-ziekenhuizen
- 106.02 – Paritair Subcomité voor de betonindustrie
- 106.03 – Paritair Subcomité voor de vezelcement
- 113.00 – Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf
- 114.00 – Paritair Comité voor de steenbakkerij
- 115.00 – Paritair Comité voor het glasbedrijf
- 140.00c – Garagepersoneel
NB : PC 302 en PC 140.03: onder voorbehoud van bevestiging door de betrokkene sectoren.
Bron: SD Worx