Vanaf 1 september 2020 gelden opnieuw de gebruikelijke regels voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht of om economische redenen met uitzondering van bepaalde uitzonderingen: de toepassing van overgangsmaatregelen tot 31 december 2020 indien er een beroep wordt gedaan op het stelsel van tijdelijke werkloosheid om economische redenen; en de handhaving van de vereenvoudigde procedure voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht (corona) voor de sectoren of ondernemingen die uitzonderlijk zwaar getroffen zijn door de crisis.
De vereenvoudigde procedure voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht ten gevolge van de coronacrisis (vrijstelling van mededeling aan de RVA en de aflevering van het controleformulier C3.2A aan de werknemer) zal nog steeds van toepassing kunnen blijven op de werkgevers:
- die toebehoren tot een sector die nog steeds wordt getroffen door de restrictieve maatregelen genomen door de Minister van Binnenlandse Zaken. Federaal minister van Werk, Economie en Consumenten heeft aangekondigd dat een koning besluit nog de sectoren zal bepalen die worden beschouwd als uitzonderlijk zwaar getroffen door de crisis; of
- die, op het niveau van hun juridische entiteit, kunnen bewijzen dat zij gedurende het tweede kwartaal van 2020 een aantal dagen tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen en wegens overmacht-corona kennen van minstens 20% van het globaal aantal aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven dagen.
Om beroep te kunnen doen op de vereenvoudigde procedure moet de werkgever, die aan één van de twee voorwaarden voldoet, het formulier C106A-CORONA-HGO invullen en opsturen per e-mail naar de dienst ‘Tijdelijke werkloosheid’ van het werkloosheidsbureau van de RVA dat bevoegd is voor het ambtsgebied waar de maatschappelijke zetel van de onderneming gevestigd is.
Overgangsmaatregelen indien men een beroep doet op de regeling van de tijdelijke werkloosheid om economische redenen
1. Voor arbeiders
Bij wijze van overgangsmaatregel en tot 31 december 2020 is de maximale schorsingsduur van de arbeidsovereenkomst van arbeiders verhoogd op volgende manier, bij gebrek aan sectorale bepalingen:
• De regeling van ‘volledige schorsing’ zal mogelijk zijn voor een periode van maximaal 8 weken (in plaats van 4 weken);
• De regeling van een gedeeltelijke schorsing zal mogelijk zijn voor een periode van maximaal 18 weken indien er sprake is van een ‘grote schorsing’ (in plaats van 3 maand).
Is de maximale schorsingsduur bereikt (8 of 18 weken), dan zal de werknemer het werk moeten hervatten gedurende een volledige werkweek alvorens de schorsingsregeling opnieuw kan worden toegepast.
2. Voor bedienden
De werkgever die niet meer voldoet aan de voorwaarden voor de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst wegens overmacht-corona, kan een overgangsaanvraag indienen voor een volledige/gedeeltelijke schorsing van de arbeidstijd.
Deze aanvraag voorziet ook in een verhoging van de maximale duur van de schorsing en is aan een aantal voorwaarden onderworpen.
Deze overgangsregeling laat de werkgever toe om te genieten van een bijkomend krediet van 8 weken dat als volgt is vastgesteld:
- Een regeling van volledige schorsing voor 24 weken (in plaats van 16 weken);
- Een regeling van gedeeltelijke arbeid voor 34 weken (in plaats van 26 weken).
Hiervoor dient de werkgever te bewijzen dat:
- hij gedurende het kwartaal voorafgaand aan de invoering van de regeling van de tijdelijke werkloosheid een substantiële daling van de omzet of productie van minstens 10% heeft gekend ten opzichte van het overeenstemmende kwartaal in 2019;
- hij twee vormingsdagen per maand aanbiedt aan de werknemers die tijdelijke werkloos gesteld zijn;
- hij gebonden is door een collectieve arbeidsovereenkomst (een sectorale cao of een ondernemings-cao) of een ondernemingsplan voor de periode van 1 september 2020 tot en met 31 december 2020 dat voorziet in de betaling van een toeslag.
Deze werkgever zal daarnaast een formulier C106A-CORONA-OVERGANGSSTELSEL per aangetekend schrijven moeten versturen naar de dienst ‘Tijdelijke werkloosheid’ van het werkloosheidsbureau dat bevoegd is voor het ambtsgebied waar de onderneming van de werkgever gevestigd is en dit uiterlijk 14 dagen voor de eerste mededeling ‘schorsing bedienden wegens gebrek aan werk’. Opdat de aanvraag zo snel mogelijk verwerkt kan worden, is het ook aangeraden om het formulier gelijktijdig per e-mail te versturen.
Bron: Loyens & Loeff