De tijdelijke werkloosheid was nog nooit zo laag. Amper 0,87% van de te werken dagen gingen verloren aan de steunmaatregel van de Belgische overheid. Toch waren eind september nog steeds bijna 100.000[1]werknemers in de privé getroffen, schat SD Worx. In januari 2021 was nog één op de tien werknemers getroffen, bijna 10% of bijna het drievoud van vandaag. Daarbij moeten we wel de kanttekening maken, dat er verschillen zijn afhankelijk van de regio, het statuut van de werknemer, de organisatiegrootte en de sector.
Ten opzichte van vorige maand is het algemene percentage dagen met tijdelijke werkloosheid gedaald, en we halen het laagste niveau aan tijdelijke werkloosheid sinds de start van de crisis. Minder dan één op de honderd te werken dagen (0,87%) ging verloren door tijdelijke werkloosheid omwille van corona. “De cijfers evolueren positief: we duiken gelukkig onder de 100.000 mensen die op deze steunmaatregel moeten terugvallen. Maar er bestaan zeker nog regionale en sectorale verschillen,” zegt Bart Pollentier van het Kenniscentrum van SD Worx.
Tijdelijke werkloosheid verschilt per sector
Vooral kleine kmo’s (<20 werknemers) doen vandaag nog beroep op de steunmaatregel, met 2,16%. Dat is bijna het dubbele van organisaties die meer dan 20 medewerkers tellen (1,19% en lager bij organisaties met 50 werknemers en meer). Qua statuut stelt SD Worx vast dat de tijdelijke werkloosheid verder daalt bij zowel arbeiders als bedienden, maar dat het verschil tussen beide statuten aanzienlijk blijft: in september werd een halve dag op de 100 te werken dagen ingeboekt als tijdelijke werkloosheid (0,48%) bij bedienden. Bij arbeiders waren dat net geen twee dagen op de honderd (1,83%), bijna een viervoud.
De sectoren die het meest beroep blijven doen op de steunmaatregel, zijn onder andere de horeca, de luchtvaartmaatschappijen en de podiumkunsten. Dat is opvallend, omdat onder meer de horeca afgelopen zomer nog het personeelstekort aankaartte. Steven Rosseel, horecaverantwoordelijke van SD Worx licht toe: “Dit valt te verklaren door de sterk aanwezige regionale verschillen: horeca zaken gelegen aan de kust of in Limburg, toeristische trekpleisters, deden het heel erg goed. Horeca in centrumsteden moest vaak nog beroep doen op de maatregel. Maar we zien dat het gebruik van de maatregel verder daalt: van 11,51% dagen in augustus naar 8,51% in september. Dat is goed nieuws.”
Zomerboost voor Limburgse en West-Vlaamse horeca –– hotels hebben het soms nog moeilijk
De Limburgse en West-Vlaamse horecazaken herstellen het snelst in Vlaanderen, met resp. 2,19% en 5,21% dagen tijdelijke werkloosheid in september. Het herstel zette zich in deze provincies al in in juli – ook in de hotels-, met een halvering van het gebruik van de steunmaatregel.
Steven Rosseel, horecaverantwoordelijke van SD Worx kadert: “West-Vlaanderen en Limburg zijn typisch toeristische regio’s voor vakantiegangers. Dat de horeca, ook de cateraars, hier kon heropleven, zien we als een positief signaal. Maar anderzijds kregen steden zoals Brussel afgelopen zomer weinig ademruimte en kampt onze hoofdstad nog steeds met een hoogpercentage tijdelijke werkloosheid in de horeca, nl. 25,04%. Voornamelijk de hotels en café’s in Brussel hebben het nog steeds moeilijk, met meer dan 30% van de werkdagen die verloren gaan. De algemene cijfers evolueren positief, maar toch willen we de verschillen tussen de regio’s en binnen sectoren ook aankaarten.”
Wat als tijdelijke werkloosheid – door – corona stopt?
Bart Pollentier van het Kenniscentrum van SD Worx licht toe: “De vereenvoudigde vorm van tijdelijke werkloosheid, als steunmaatregel tijdens de coronapandemie, werd recent verlengd tot 31 december 2021. Vanaf 1 januari 2022 vallen bedrijven in principe terug op de klassieke regels. Als werkgever moet je dan opnieuw een beroep doen op economische werkloosheid voor arbeiders en bedienden, met alle klassieke formaliteiten en spelregels. Voor de werknemer betekent het vooral dat de uitkering begrensd wordt tot 65% van het loon (en niet tot 70%). Er is ook een wachttijd: de werknemer moet een bepaald aantal arbeidsdagen of gelijkgestelde dagen kunnen aantonen (afhankelijk van zijn leeftijd).” De voorwaarden op een rij:
- De uitkering bedraagt terug 65% van het begrensde loon (i.p.v. 70%).
- De aanvullende vergoeding van 5,74 euro/dag betaald door de RVA valt weg. De werkgever is verplicht een aanvulling te geven, die verschilt van sector tot sector.
- Werknemers moeten aan de toelaatbaarheidsvoorwaarden voldoen (wachttijd vervullen om recht te hebben op werkloosheidsuitkering).
- De bedrijfsvoorheffing op de werkloosheidsuitkering bedraagt terug 26,75% i.p.v. 15%.
- Werknemers moeten opnieuw een controlekaart (C3.2AS) op zak hebben en deze na de betrokken maand aan de uitbetalingsinstelling overhandigen.
- De werkgever stuurt een voorafgaande kennisgeving aan de RVA (7 dagen op voorhand; voor bedienden moet de werkgever zelfs vooraf aantonen dat hij een onderneming in moeilijkheden is aan de hand van het document C106a)
Bron: Hr-dienstenleverancier SD Worx ontwikkelde de Employment Tracker om zicht te krijgen op de impact van COVID-19 op de arbeidsmarkt in België. De tracker biedt een overzicht van het percentage ‘gewerkte dagen’, absenteïsme, tijdelijke werkloosheid en opname van wettelijke vakantiedagen. Op die manier schetst SD Worx, de grootste loonberekenaar van België, een relevant beeld van de meest getroffen en de meest actieve sectoren en regio’s. Dat gebeurt op basis van loongegevens van 70.000 werkgevers en bijna 1 miljoen Belgische werknemers, waarvan één derde arbeiders en twee derde bedienden, actief in allerlei sectoren en bedrijven van verschillende omvang. De resultaten geven een duidelijke trend weer bij de werkgevers in de privésector.