Jobstudenten krijgen zware klappen van het coronavirus. In vergelijking met vorig jaar viel de studentenarbeid de voorbije paasvakantie terug met maar liefst twee derde (65,7%). Een analyse van Randstad Research toont aan dat deze achteruitgang meer dan proportioneel is: bij de andere uitzendkrachten is de daling 40,5%. Sectoren met traditioneel veel jobstudenten werden zwaar getroffen. Ook in andere sectoren (zoals grote delen van de industrie) was de achteruitgang heel groot.
Na de zomervakantie is de paasvakantie – meer nog dan de kerstvakantie – de periode waarin het meeste studenten aan het werk gaan. De voorbije paasvakantie waren iets meer dan 6000 studenten aan de slag voor Randstad Group, tegenover bijna 18000 in de paasvakantie van 2019. Dat is een terugval met 65,7 procent. Qua gepresteerde uren was de achteruitgang met 59,7 procent iets minder dramatisch. De studenten die aan het werk waren in de paasvakantie, presteerden per individu zelfs iets meer uren: 27 uur tegenover 23 uur in 2019.
Bij de andere uitzendkrachten was er in deze periode een daling met 40,5 procent. Ongeveer 17000 tijdelijke krachten waren toen aan de slag via Randstad, tegenover 29000 een jaar geleden. Dat is een achteruitgang met 40,5 procent.
De studentenarbeidsmarkt is duidelijk meer geïmpacteerd dan de rest van de uitzendmarkt. De meest voor de hand liggende reden is dat studenten vaker in sectoren werken die meer dan gemiddeld getroffen worden door corona. Zoals de horeca, pretparken, evenementensector, detailhandel en grote delen van de industrie. Alleen in de publieke sector en bij lokale besturen bleef de studententewerkstelling op peil in vergelijking met vorig jaar.

Slecht nieuws voor studenten die werken om studies te betalen
De terugval van de studentenarbeidsmarkt is slecht nieuws voor studenten die werken om hun studies (mee) te kunnen betalen. Uit onderzoek van Randstad blijkt dat ongeveer een op de drie studenten ook bijklust om de studies te betalen. Meestal is dit een eerder beperkt bedrag: gemiddeld gaat slechts vijf procent van deze inkomsten naar de studies.
In België werken studenten vooral om te kunnen uitgaan, te reizen of kleding te kopen. België wijkt op dit vlak sterk af van landen als Nederland en Zweden. Daar dient studentenarbeid veel meer om eigen studies te bekostigen.
Toekomst oogt rooskleuriger
Deze analyse kan niet zomaar doorgetrokken worden naar de rest van het jaar. Nu de lockdown gradueel wordt afgebouwd, zal ook studentenarbeid hernemen. Het is nu al zeker dat het record van 2019 niet zal worden gehaald.
Arbeidsmarktexpert Jan Denys: “Tijdens de paasvakantie was de lockdown op zijn hevigst. Deze wordt nu stapsgewijs afgebouwd. Studentenarbeid zal daar zeker ook van profiteren. Bovendien bieden zich extra kansen aan. Nu reizen naar het buitenland de komende zomer veel moeilijker wordt, kan de binnenlandse toeristische sector daar wellicht van profiteren. Traditioneel is dit een sector die heel veel beroep doet op studenten. Anderzijds zal ook het aanbod aan werkwillige studenten groter zijn dan gemiddeld. Zij kunnen in de vakantie minder naar het buitenland reizen.“
Bron : Randstad Group