Werkgevers getroffen door de coronacrisis kunnen sinds maart 2020 hun medewerkers op tijdelijke werkloosheid zetten. In principe tellen de dagen van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht vanwege corona niet mee voor de berekening van vakantiedagen en vakantiegeld het volgende jaar. Maar, in 2020 werd daar een uitzondering op voorzien via een Koninklijk Besluit en was er dus tóch een gelijkstelling van de niet gewerkte dagen tijdelijke werkloosheid.
Ondertussen is er ook nieuws over de vakantierechten van werknemers die in 2021 tijdelijk werkloos waren. Nele Mertens, experte bij het kenniscentrum van Acerta Consult, geeft uitleg.
Regering hakt knoop door over vakantierechten
Er is een akkoord over de vakantierechten van werknemers die tijdelijk werkloos waren in 2021. De niet gewerkte dagen (door tijdelijke werkloosheid) worden dit jaar opnieuw gelijkgesteld voor de vakantierechten volgend jaar. Dat heeft de regering aan de sociale partners laten weten. Nele Mertens: “Goed nieuws voor werknemers, want zij verliezen geen vakantiedagen of vakantiegeld. Maar ook goed nieuws voor werkgevers, want er wordt – net zoals vorig jaar – een compensatie voorzien voor de meerkost van deze gelijkstelling.”
Regering dekt meerkost
Werkgevers die bedienden in dienst hebben die tijdelijk werkloos waren, betalen zelf het enkel en het dubbel vakantiegeld van hun bedienden. Vanwege de gelijkstelling, is er een meerkost voor werkgevers, waarvoor de regering een financiële compensatie voorziet. In 2020 werd door de regering 93 miljoen euro voorzien om de meerskost te dekken. De RSZ heeft dit bedrag toen verdeeld. Ook dit jaar voorziet de regering een financiële compensatie: er wordt een budget van ruim 153 miljoen voorzien om de meerkost te compenseren. “Het akkoord moet wel nog in een Koninklijk Besluit gegoten worden en de exacte techniek van compensatie is ook nog niet gekend.”