NL | FR | LU
Peoplesphere

Mismatch op de arbeidsmarkt: een op de vijf jongeren heeft een job onder zijn niveau.

Meer dan 20% van de jongeren (15-34 jaar) met een eerste werkervaring heeft een hoger onderwijsniveau of meer vaardigheden dan de job vereist. Bovendien stemt ook het onderwijsdomein van hun opleiding niet overeen met hun job bij meer dan 20%. Dat blijkt uit nieuwe resultaten van Statbel, het Belgische statistiekbureau, waarbij de match of mismatch bij jongeren op de arbeidsmarkt werd onderzocht.

Vrouwen iets vaker overgekwalificeerd

Statbel meet (mis)match op de arbeidsmarkt aan de hand van 3 indicatoren:

  • Onderwijsniveau: in welke mate komt het hoogst behaalde onderwijsniveau overeen met de vereisten in de job?
  • Vaardigheden: in welke mate komen de vaardigheden overeen met de vereisten in de job?
  • Onderwijsdomein: in welke mate komt het gevolgde onderwijsdomein overeen met de vereisten in de job?

Over het algemeen geeft ongeveer 70% aan dat de kwalificaties en vaardigheden overeen komen met wat vereist is voor hun job . Voor het onderwijsdomein komt circa 60% in (zeer) grote mate overeen met de vereisten van de job.

Vrouwen geven iets vaker aan overgekwalificeerd te zijn dan mannen. Bij hooggeschoolden is de match meestal beter dan bij laag- en middenopgeleiden. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is de mismatch iets groter en zijn jongeren vaker overgekwalificeerd dan in het Vlaams en Waals Gewest. Ook bij mensen van Belgische herkomst is de match groter. Werkenden, zeker als ze al een iets langere tijd aan het werk zijn, hebben een betere match in onderwijsniveau, vaardigheden en onderwijsdomein dan werklozen niet-beroepsactieven. Mensen met een vast contract hebben een betere match dan mensen met een tijdelijk contract. Een goede match tussen onderwijsniveau, vaardigheden en/of onderwijsdomein stimuleert dus jobbehoud – al kunnen hier verschillende mechanismen aan het werk zijn.

Twee op tien heeft hoger onderwijsniveau dan job

Zeven op de tien jongeren heeft een overeenkomst tussen de vereisten van de job en hun onderwijsniveau. Dat betekent dat bv. iemand die een bachelordiploma behaald heeft, ook op dat niveau werkt. Bij twee op de tien is het onderwijsniveau hoger dan nodig is voor de job. Bijna één op tien heeft een lager onderwijsniveau dan de job vereist.

Over het algemeen zien we bij jongeren dat vrouwen iets vaker overgekwalificeerd zijn dan mannen. Bijna 80% van de hooggeschoolden geeft aan dat hun onderwijsniveau overeenkomt met wat vereist is voor de job, hoewel 17,5% aangeeft dat ze toch nog steeds te hoog gekwalificeerd zijn. Bij laag- en middengeschoolden is dit percentage overkwalificatie nog hoger: 20,9 en 24,5%. Over het algemeen is er dus bij laag- en middengeschoolden minder match tussen het vereiste en behaalde onderwijsniveau.

Bij werkenden is de match groter dan bij niet-beroepsactieven en werklozen: werkenden zijn vaker tewerkgesteld op hun niveau en minder vaak overgekwalificeerd dan mensen die eerder werkten, maar nu niet-beroepsactief of werkloos zijn. Hoe langer men in dienst is, hoe minder mismatch men heeft: bij mensen die minder dan een jaar aan het werk zijn is er maar bij 66% een overeenkomst, als men langer dan vijf jaar bij die werkgever werkt, is er een 79,6% match. Als we gaan kijken naar specifieke beroepen zien we dat de overeenkomst het hoogst is bij managers, intellectuele, wetenschappelijke en artistieke beroepen en technici en verwante beroepen. Het meest overkwalificatie vinden we bij elementaire beroepen waar 44,2% overgekwalificeerd is.

Twee op tien heeft meer vaardigheden

De zelfbeoordeelde vaardigheden laten eenzelfde profiel zien: de vaardigheden van meer dan zeven op de tien jongeren komen overeen met de vereisten van de job. Bij twee op de tien is het niveau van de vaardigheden hoger dan nodig. Iets meer dan 5% heeft minder vaardigheden dan de job vereist.

Vrouwen geven iets vaker aan dat ze over meer vaardigheden beschikken voor hun job dan mannen. Bijna 80% van de hooggeschoolden geeft aan dat hun vaardigheden overeenkomen met wat vereist is voor de job, hoewel 17,6% aangeeft dat ze toch nog steeds te hoog gekwalificeerd zijn. Bij laag- en middengeschoolden is dit percentage nog hoger: 22,0 en 27,4% geeft aan qua vaardigheden overgekwalificeerd te zijn. Over het algemeen is er dus bij laag- en middengeschoolden minder match tussen de vaardigheden en de vereisten van de job (rond de 65%) dan bij hoogopgeleiden.

Bij werkenden is de match in vaardigheden groter dan bij niet-beroepsactieven en werklozen die ooit werkten. De vaardigheden van werkenden komen vaker overeen met hun job: 75,3% geeft aan een goede match te hebben, en 19,6% heeft meer vaardigheden dan nodig voor de job. Bij niet-beroepsactieven en werklozen komen de vaardigheden voor ongeveer 54% overeen, maar 35 tot 39% was overgekwalificeerd voor de job. Hoe langer men in dienst is, hoe minder mismatch men heeft met betrekking tot de vaardigheden: bij mensen die minder dan een jaar aan het werk zijn is er maar bij 68% een overeenkomst, als men langer dan vijf jaar bij die werkgever werkt, is er een 81% match. Het is echter niet duidelijk of mensen blijven bij een werkgever en dan doorgroeien naar een betere overeenkomst of dat mensen snel van job veranderen als er te weinig overeenkomst is.

Vier op tien werkt niet in zijn onderwijsdomein

Een derde meting meet de overeenkomst tussen het onderwijsdomein van het diploma en de jobvereisten in de job. Zo zal iemand die verpleegkunde gestudeerd heeft, en als verpleegkundige werkt, deze overeenkomst hoger inschatten dan een lasser die nu lesgeeft. We zien ook hier, net als bij de andere metingen, dat zes op de tien een (zeer) grote mate van overeenkomst heeft. 16,2% heeft een zekere mate van overeenkomst, bijna 10% heeft nauwelijks overeenkomst en 11,2% heeft geen overeenkomst. Een klein deel van de respondenten geeft een ander antwoord: nl. geen vereisten qua jobdomein, een diploma zonder duidelijk onderwijsdomein of dit is niet van toepassing.

Vrouwen hebben in iets grotere mate een overlap tussen het gevolgde onderwijsdomein en de job die ze uitoefenen. Hooggeschoolden hebben vaker een betere match tussen hun onderwijsdomein & job: bijna 75% geeft een (zeer) grote overeenkomst aan. Bij middenopgeleiden is dit minder dan de helft. De overeenkomst in onderwijsdomein is bij mensen van Belgische herkomst hoger dan bij mensen van niet-Belgische herkomst.

Ook bij werkenden ligt deze match hoger dan bij werklozen en niet-beroepsactieven die eerder gewerkt hebben, en we zien dat de match stijgt met de anciënniteit: van 55,5% van diegenen die nog maar 1 jaar bij hu werkgever werken tot meer dan 68,2% van de personen die als ze langer van 5 jaar bij hun werkgever werken heeft een (zeer) grote mate van overeenkomst. We zien ook dat de match ‘in zeer grote mate’ dubbel zo groot is in de quartaire sector dan in de secundaire en tertiaire sector.

 

Bron: Statbel

This website is brought to you by Quasargaming.com's online Fruitautomaten games such as Speelautomaten and Gokautomaten.