Het afgelopen jaar is de arbeidsmarkt razendsnel opnieuw in beweging gekomen als reactie op het eerste coronajaar 2020. Gevolg: er werden in 2021 veel meer arbeidscontracten beëindigd (+31 %) in vergelijking met 2020, maar er werden ook veel meer nieuwe arbeidscontracten afgesloten (+32 %). Opvallend: vooral werknemers nemen zelf het initiatief om hun job op te geven. In slechts 17 % kwam het ontslag er op initiatief van de werkgever – het laagste percentage van de afgelopen drie jaar.
De ontslaggolf in ons land is niet zo groot als The Great Resignation in de VS, maar toch blijken vooral jongere medewerkers – tussen 25 en 35 jaar – hun loopbaan meer in handen te willen nemen. “Bedrijven mogen dit niet negeren en moeten meer dan ooit inzetten op een retentiebeleid”, klinkt het bij de arbeidsmarktexperts van Acerta.
In 2020 nam de arbeidsmarkt een afwachtende houding aan door corona en de bijhorende lockdowns. Daardoor werden opvallend minder arbeidscontracten stopgezet: werknemers namen zelf minder ontslag omdat ze niet meteen elders aan de slag konden, en werkgevers gaven medewerkers minder ontslag door het systeem van tijdelijke werkloosheid. In 2021 is de jobmobiliteit op de arbeidsmarkt helemaal terug. Afgelopen jaar werden er 32% meer nieuwe arbeidscontracten van onbepaalde duur afgesloten en 31% meer contracten stopgezet in vergelijking met 2020. Daarmee zitten de instroomcijfers op de arbeidsmarkt ongeveer op het niveau van 2019 (pre-corona): +4,8%. Het aantal stopgezette contracten ligt nog wel beduidend hoger dan in 2019: +18,1%. Dat komt niet alleen omdat er meer gedwongen of vrijwillige ontslagen waren, maar ook omdat meer mensen (vervroegd) op pensioen gingen.
Meer dan 1 op de 3 ontslagen komt er op initiatief van werknemer zelf
Als een arbeidscontract ontbonden wordt, is dat niet zozeer omdat de werkgever afscheid neemt van zijn werknemer. Integendeel: in 34% van de gevallen, neemt de werknemer zelf ontslag. Slechts 17,3 procent van de contracten werd beëindigd op initiatief van de werkgever, het laagste percentage in drie jaar tijd. In de andere gevallen gaat het om contractbeëindigingen met wederzijds akkoord (35,3%) of om andere redenen (13,3%), waaronder (vervroegd) pensioen.
Jackie Klaster, experte talent bij Acerta Consult: “De uitstroom uit de arbeidsmarkt en de instroom lijken elkaar op te heffen, maar er is wel een groot verschil. Het zijn vooral de werknemers die het initiatief nemen om hun contract op te zeggen, waardoor bedrijven gedwongen worden om te reageren en nieuw personeel aan te trekken. Het fenomeen is gelijkaardig aan The Great Resignation die het afgelopen jaar in de VS aan de gang was, maar dan in beperkte mate. Bedrijven moeten bijgevolg dezer dagen soms heel creatief uit de hoek komen om zich op de krappe arbeidsmarkt in de kijker te werken en het geschikte personeel te vinden. In plaats van te investeren in creatieve wervingscampagnes, kunnen bedrijven beter werken aan een stevig retentiebeleid. Dat is – naast motivatoren als verloning – vooral gebaseerd op het ABC-model met intrinsieke vormen van motivatie voor werknemers: autonomie, betrokkenheid bij het bedrijf en de geschikte competenties voor het uitoefenen een functie. En ook de leidinggevende is meer dan ooit belangrijk. Werknemers kiezen voor een organisatie, maar verlaten die organisatie als ze niet overweg kunnen met hun baas.”
Vooral jonge werknemers nemen zelf ontslag
Nog een opmerkelijke vaststelling: vooral werknemers tussen 25 en 35 jaar nemen meer dan voorheen zelf het initiatief om van werk te veranderen. Zo noteren we 44 % meer uitstroom bij de 25 à 30-jarigen in 2021 in vergelijking met 2020 en 39% meer uitstroom bij de 30 à 35-jarigen.
Bron: Acerta – de verzamelde gegevens zijn gebaseerd op de werkelijke gegevens van een set van 260.000 werknemers in dienst bij meer dan 40.000 werkgevers uit de private sector, waartoe zowel kmo’s als grote ondernemingen behoren.