Door de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt hebben bedrijven steeds meer moeite om geschikte medewerkers te vinden. Dat is een van de redenen waarom 97% van de bedrijven een beroep doet op freelancers, die snel en flexibel inzetbaar zijn. Dat blijkt uit een internationaal onderzoek door HR-dienstenverlener SD Worx en de Antwerp Management School. Een op de tien medewerkers in onze bedrijven is een freelancer, maar slechts drie op de tien (28,8%) Belgische bedrijven heeft een aangepast HR-beleid voor hen.
Minder dan vier op de tien Belgische bedrijven (37,5%) evalueert freelancers volgens hetzelfde proces als hun vaste medewerkers. De cijfers voor ons land verschillen opvallend van die van Duitsland, Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk.
Vier op de tien Belgische bedrijven (37,5%) maakt in zijn HR-beleid geen onderscheid tussen vaste medewerkers en freelancers. In de andere bevraagde Europese landen ligt dat aandeel nog hoger (zie tabel). Eén op drie Belgische organisaties (33,8%) heeft alleen een HR-beleid voor vaste medewerkers. Bijna drie op de tien Belgische bedrijven (28,8%) heeft een apart HR- beleid voor freelancers.
Evaluaties, feedback en opleidingen
Iets meer dan een derde van de Belgische bedrijven (37,5%) evalueert zijn freelancers volgens hetzelfde proces als voor zijn vast personeel. Dat is opvallend lager dan bij de andere landen uit het onderzoek, waar bijna twee derden (63,2%) geen onderscheid maakt tussen het evaluatieproces voor personeel vast in dienst of freelancers. Hetzelfde geldt voor feedback geven over prestaties: 53,2% van de Belgische bedrijven maakt in het proces geen onderscheid tussen vaste medewerkers en freelancers, in de andere landen is dat gemiddeld liefst 70,8%.
Belgische bedrijven investeren ook minder in hun freelance medewerkers in vergelijking met de andere landen. Minder dan vier op tien freelancers (38,8%) krijgt specifieke opleidingen aangeboden door zijn/haar bedrijf – in het Verenigd Koninkrijk (54,5%), Frankrijk (49,3%) en Duitsland (47,8%) liggen de cijfers merkelijk hoger. Nederland scoort hier dan weer lager (34,4%).

Geert Vermeir, manager Juridisch Kenniscentrum SD Worx: “Het wettelijke kader in België is behoorlijk streng. Werknemers werken in ondergeschikt verband, zelfstandigen of freelancers niet. Traditioneel linken we een HR-beleid aan de klassieke werkgever-werknemer-relatie. In de samenwerking met freelancers is werkgeversgezag absoluut te vermijden, omdat er anders sprake is van schijnzelfstandigheid. In een HR-beleid voor externe medewerkers mogen daarom de klassieke indicaties van werkgeversgezag niet van toepassing zijn. De freelancer is vrijer in organisatie van het werk en de werktijd dan een vaste werknemer. Maar de context is aan het veranderen: de scheiding tussen werknemers en zelfstandigen wordt dunner en steeds meer bedrijven doen een beroep op freelancers. Er gaan stemmen op om ook de wetgeving te laten mee-evolueren. Wij pleiten in elk geval voor een inclusief HR-beleid. Er is geen enkele juridische reden waarom organisaties geen HR-beleid zouden kunnen voeren voor externe medewerkers. Natuurlijk zal dat beleid rekening moeten houden met de wetgeving: elementen die wijzen op een band van ondergeschiktheid en werkgeversgezag kunnen niet.”
Belgische freelancers minder deel van de bedrijfscultuur
Zes op de tien Belgische bedrijven (61,3%) probeert freelancers te integreren in de eigen bedrijfscultuur en de eigen manier van werken. Daarmee scoren we iets lager in vergelijking met de andere bevraagde landen (gemiddeld 67,7%). Freelancers worden in ons land ook veeleer beperkt (53,8%) betrokken bij activiteiten voor het vast personeel, zoals bedrijfsfeestjes. In de andere landen is dat gemiddeld 68%.
“Heel wat bedrijven schakelen vandaag freelancers in voor kerntaken of opdrachten op langere termijn. Het is niet alleen in het belang van het bedrijf zelf om ook voor deze groep medewerkers een HR-beleid te voeren. Ook voor de duurzame loopbaan van de freelancer is het belangrijk om feedback te krijgen over prestaties, of om over professionele ontwikkeling en loopbaanperspectieven te kunnen spreken”, zegt professor Ans de Vos van de Antwerp Management School.
Over het onderzoek – SD Worx en de AMS ondervroegen een representatieve steekproef van 1074 werkgevers met flexibel talent in de volgende vijf landen: België, Frankrijk, Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk.