NL | FR | LU
Peoplesphere

Vlaamse vakbonden en werkgevers zien minimumdoelen als opportuniteit om opnieuw onderwijs van topkwaliteit te bereiken.

De nieuwe minimumdoelen voor het kleuter- en lager onderwijs zetten sterk in op kennis van bij de prille start van de schoolloopbaan. De Vlaamse vakbonden en werkgevers, verenigd in de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) appreciëren dit en zien de ambitieuze minimumdoelen als een middel voor meer onderwijsgelijkheid én topkwaliteit. Belangrijk is de kinderen goed op te volgen en bij te sturen zodat geen achterstand ontstaat.

Voor de SERV mag niet alleen de kennis maar ook de toepassing ervan nog meer voorop staan om de talenten van de heel diverse groep kinderen te ontwikkelen en hen te blijven aanspreken doorheen hun leertocht in het basisonderwijs.

Stijn Gryp, voorzitter SERV: “Hoe jong de kinderen uit het kleuter- en lager onderwijs ook zijn, ze worden later burgers, werknemers en ondernemers. Vlaanderen heeft er dus alle belang bij om al vroeg met kennis- en kansenrijk onderwijs te starten. De nieuwe minimumdoelen zijn een goede basis, ook al was meer inspraak en maatschappelijk debat wenselijk geweest. Het komt er vervolgens op aan deze minimumdoelen door te vertalen naar de klaspraktijk. De Vlaamse Regering moet voor deze ambitieuze vernieuwing dan ook voldoende ondersteuning en bijscholing van schoolteams voorzien. Anders zal de berg een muis baren.”

Nieuwe minimumdoelen zijn goede zaak

Minister Demir vroeg niet alleen aan de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor) en de onderwijsverstrekkers advies over de nieuwe minimumdoelen. Ze vroeg ook de Vlaamse vakbonden en werkgevers in de SERV om ze vanuit een sociaal-economische standpunt te beoordelen. De SERV vindt het in de eerste plaats een goede zaak dat er nieuwe einddoelen zijn want de bestaande onderwijsdoelen zijn achterhaald en de resultaten van de Vlaamse en internationale toetsen zijn zorgwekkend, zowel voor kennis als voor gelijkheid van kansen. Investeren in onderwijs blijft ook essentieel om Vlaanderen een innovatiegedreven kennisregio te laten blijven.

Op weg naar topkwaliteit én gelijke onderwijskansen

Voor de SERV is de onderwijskwaliteit belangrijk maar de minimumdoelen moeten ook bijdragen aan meer onderwijsgelijkheid. De basisidee is dat elk kind met deze doelen dezelfde kennis kan verwerven in de loop van het kleuter- en lager onderwijs. Voor de SERV staan ambitieuze doelen voor álle kinderen centraal. Het moet dus ook mogelijk zijn om leerlingen zorgvuldig op te volgen en bij te sturen waar nodig zodat er geen achterstand ontstaat. Minimumdoelen mogen zeker ook geen rem zijn op hoge verwachtingen voor alle kinderen en het halen van de best mogelijke resultaten voor elk kind.

Naast kennis ook praktijk aan bod laten komen

In de minimumdoelen zit niet alleen Nederlands en wiskunde vervat maar ook geschiedenis, aardrijkskunde en de STEM-vakken wetenschappen en techniek. Naast brede kennis opdoen, vraagt de SERV praktijkgerichte vaardigheden niet te vergeten. De kennis toepassen door iets te leren ontwerpen of een oplossing te zoeken voor meer technische problemen op kindermaat moeten voldoende in de klaspraktijk aan bod komen. Zo kunnen leerkrachten de talenten van de heel diverse groep kinderen niet alleen met kennis maar ook met praktische vaardigheden aanspreken en hun interesse blijven vasthouden doorheen het basisonderwijs.

Wel aandacht maar geen onderwijstijd voor leren leren

Levenslang leren is een belangrijke vaardigheid in een sterk veranderende wereld. De SERV vindt het een meerwaarde dat de nieuwe minimumdoelen het zaadje hiervoor al planten in het basisonderwijs. Leerondersteunende vaardigheden en leren leren zijn expliciet opgenomen bij het onderdeel attitudes. Alleen is daar geen onderwijstijd voor voorzien.

Aandacht voor vertaling naar de klaspraktijk

Na de goedkeuring van de minimumdoelen in het Vlaams Parlement volgt een cruciale fase: het doorvertalen van de minimumdoelen naar de klaspraktijk. De SERV onderstreept dat onderwijsverstrekkers en schoolteams voldoende ondersteuning moeten krijgen om de lesaanpak en lesinhoud aan te passen. Er zullen hiervoor bijkomende ondersteuning (bv. leermiddelen) en middelen voor bijscholing nodig zijn. Het heeft geen zin om ambitieuze minimumdoelen af te spreken die in de klaspraktijk niet voldoende waargemaakt kunnen worden. Hierin investeren loont ook voor de verdere schoolloopbaan van kinderen in het secundair en hoger onderwijs.

Bron: SERV

This website is brought to you by Quasargaming.com's online Fruitautomaten games such as Speelautomaten and Gokautomaten.