De cijfers naar welbevinden en veerkracht tonen dat de pandemie er de afgelopen maanden stevig heeft ingehakt. En toch. De cijfers van kort ziekteverzuim onderstrepen het aanpassingsvermogen van de werkende Belg. De afgelopen drie maanden meldt de Belg zich minder vaak ziek van het werk in vergelijking met een jaar eerder. In november en december 2020 ging gemiddeld 1,8 % van de werkuren verloren door kort ziekteverzuim (afwezigheid van minder dan een maand).
Dat cijfer ligt een kwart lager in vergelijking met november-december 2019. Het is ook een daling van bijna 30 % tegenover de eerste lockdown. De eerste cijfers van 2021 bevestigen de positieve trend: tegenover januari 2020 – nog vóór corona – zijn de cijfers van kort ziekteverzuim in januari 2021 maar liefst 22,0 % gedaald.
Elke Van Hoof, professor Psychologie aan de Vrije Universiteit Brussel, ziet er een duidelijk signaal in dat de werkende Belg zich aanpast: “We zijn minder vaak ziek, onder meer dankzij het beperkte contact en het vele thuiswerk. Maar de Belg zit thuis niet te kniezen, past zich aan en toont veerkracht.”
De pandemie hakt er stevig in. De algemene veerkracht van de werkende Belg is met ruim 10 % gedaald ten opzichte van de periode pre-COVID-19 (cijfers van Ally Institute vzw). Toch is er volgens prof. dr. Elke Van Hoof geen reden tot paniek. “Voorlopig zien we in onze cijfers vooral een normale reactie op een abnormale situatie: men ervaart klachten als gevolg van de onzekerheid, een gebrek aan perspectief en angstgevoelens gepaard met de coronacrisis. Het overgrote deel van de werkende Belgische bevolking stelt zich echter veerkrachtig op en zal de crisis doorkomen zonder langdurige problemen te ontwikkelen. Opvolging is vereist, en die opvolging is er.”
Ziekteverzuim als parameter voor overbelasting
Ziekteverzuimcijfers geven aan hoe goed de werkende Belg standhoudt. Korte, frequente afwezigheden zijn een goede parameter om overbelasting te detecteren. Met andere woorden, hoe goed de werkende Belg de verschillende uitdagingen waarmee hij of zij in de werkcontext wordt geconfronteerd, het hoofd kan bieden. Wanneer een werknemer op regelmatige basis korte afwezigheden wegens ziekte neemt, is de draaglast groter dan de draagkracht.
In de tweede golf (november-december) namen de cijfers van het kort ziekteverzuim een opmerkelijke duik. De cijfers lagen maar liefst een kwart lager dan in dezelfde maanden van 2019. Ook in vergelijking met de eerste coronagolf vallen de cijfers een kwart lager uit. De eerste cijfers voor 2021 bevestigen die trend: in januari van dit jaar ligt het aandeel werkuren dat verloren gaat aan kort ziekteverzuim weer een kwart lager dan in dezelfde maand vorig jaar. Al drie maanden op rij liggen de ziektecijfers dus ruim lager dan dezelfde maanden een jaar eerder. Volgens Elke Van Hoof, professor aan de Vrije Universiteit Brussel, wijst dit op de veerkracht van de werkende Belg.
Elke Van Hoof, Professor Gezondheids- en Medische Psychologie Vrije Universiteit Brussel: “De cijfers over kortstondig ziekteverzuim aan het einde van 2020 en begin 2021 zijn goed nieuws. Wat we zien is dat de werkende Belg meer veerkracht heeft dan we denken. Tenzij het virus zelf hem te pakken heeft, wordt hij niet ziek van de hele situatie rond corona. De veerkracht is dan wel gedaald maar de werkende Belg houdt stand. Het feit dat we minder griep en andere virussen zagen verschijnen helpt ook een handje. Voor alle duidelijkheid: dit gaat over de gemiddelde Belgische werknemer, niet over specifieke kwetsbare groepen, daar zien we een heel ander verhaal.”
Kortstondig ziekteverzuim voor volledig 2020 7,4 % lager dan 2019
In de coronamaanden van 2020 was er minder kortstondig ziekteverzuim onder de Belgische werknemers dan in 2019. De verklaring voor de daling is niet te vinden in het succes van de tijdelijke werkloosheid. Het doorgedreven telewerk zorgde wel voor een positieve boost.
Kathelijne Verboomen, Directeur Kenniscentrum Acerta Consult: “Mensen hebben zich tijdens de eerste coronagolf uit voorzorg al bij de minste ziektesymptomen ziek gemeld. Het effect daarvan is duidelijk, het percentage kort ziekteverzuim van maart 2020 noteert op 4,5 % van de werkbare dagen, liefst 62 % hoger dan dezelfde maand vorig jaar. En toch blijven de ziektecijfers voor alle coronamaanden van 2020 onder die van 2019. En op basis van de eerste cijfers van 2021 kunnen we stellen dat die trend zich verderzet.”
We floreren niet, maar we houden wel stand
Elke Van Hoof: “Al deze cijfers en statistieken tonen dat de werkende Belg zegt: “eigenlijk is het ‘ça va’. Het is niet ideaal, maar het gaat. Dat is al een opmerkelijke prestatie. Het kan zelfs best zijn dat we hier ‘sterker’ uitkomen, dat we bezig zijn een potentiële posttraumatische groei door te maken. Posttraumatische groei ontstaat omdat we in moeilijke tijden nieuwe strategieën dienen te ontwikkelen om welbevinden te behouden. Deze pandemie overviel ons; er waren geen precedenten die ons vertelden hoe en wat ons te wachten stond. Eerst volgen we nauwgezet de richtlijnen en doen wat nodig in de hoop snel weer naar ons oude leven te kunnen. Na verloop van tijd voelen we echter dat het oude leven veraf ligt en dat is het moment waarop we onszelf tegenkomen. Onze niet-ingevulde behoeften komen steeds sterker naar boven waardoor we andere manieren moeten vinden om met de situatie om te gaan. Een neveneffect hiervan is dat we wat buiten de lijntjes gaan kleuren en weerstand bieden. Allemaal tekenen dat we ons aanpassen aan de nieuwe situatie. En dat is goed want we gaan nog even door! Aanpassen, nieuwe strategieën ontwikkelen, onszelf heruitvinden… dat doen we ook alleen wanneer het echt niet anders gaat. Verandering gaat altijd gepaard met onwelbevinden. Het stijgende onwelbevinden toonde die nood om andere strategieën te zoeken. Onwelbevinden communiceren is dus op zich niet negatief, eerder een teken van aanpassing.”
Bron : VUB – Acerta – de verzamelde gegevens zijn gebaseerd de werkelijke gegevens van een representatief staal van arbeiders, bedienden en ambtenaren in dienst bij 28.500 werkgevers. Het kortstondig ziekteverzuim is een afwezigheid op de werkvloer korter dan 30 dagen.