Slechts 16% van de werknemers is actief op zoek naar een andere job. 7 op de 10 Belgen durft de stap naar een andere job niet zetten uit gebrek aan zelfvertrouwen of angst om de gouden kooi te verlaten. Dat blijkt uit de Talent Pulse van Acerta, een jaarlijks onderzoek bij meer dan 2.000 Belgen. 60% van de medewerkers ziet het daarentegen wel zitten om zijn job over een andere boeg te gooien binnen zijn eigen bedrijf. 80% is zelfs bereid om in een ander team te gaan werken.

In 2017 zat de jobmobiliteit op een historisch dieptepunt: mensen die werk hadden, gaven aan te willen blijven zitten waar ze zaten. 23% zei zelfs sowieso niet geïnteresseerd te zijn mochten ze een jobaanbieding krijgen. In 2018 is de passieve interesse toch wat gestegen: het percentage dat niet geïnteresseerd is in een jobaanbieding is van 23 gezakt naar 20,82%. In 2017 was 15% actief werkzoekend, in 2018 is er een lichte stijging tot 15,81%. Er is ook een lichte stijging van werknemers die zeggen dat ze “sneller (dan het jaar ervoor) van werk willen veranderen”. Maar ondanks het grote aanbod van jobs, zit er ook in 2018 nog altijd maar weinig beweging in de arbeidsmarkt. “Eigenlijk stellen we andermaal vast dat de arbeidsmarkt in ons land behoorlijk op slot zit. Belgische werknemers blijken in het algemeen nog te weinig in te willen gaan op een nieuwe jobopportuniteit. Zelfs als die misschien een eerlijke kans zou mogen kunnen krijgen”, stellen de organisatoren van dit onderzoek vast.

Onzekerheid zorgt voor koudwatervrees

Waarom is er, als de geesten van de werknemers inderdaad rijp zijn voor verandering, toch nog zoveel immobiliteit? Werknemers missen de moed om de sprong in het onbekende te wagen. Wat houdt hen tegen?

71% laat zich tegenhouden door de onzekerheid die verandering meebrengt. 59% weet niet wat hij/zij dan wel zou doen als het niet is wat ze nu doen. 53% maakte van het loon een gouden kooi: ze willen absoluut vermijden daarop te moeten inleveren. 46% mist zelfvertrouwen: ze vrezen in een andere job toch niet te zullen worden aangeworven.

En toch, 60% werknemers is klaar om huidige job anders in te vullen voor een ommezwaai

Maar het feit dat de Belg het liefst bij zijn huidige werkgever blijft, dient toch wat gerelativeerd te worden. Door wat dieper te graven, legt het onderzoek een paar heel interessante, voorzichtige bewegingen bloot die de huidige jobimmobiliteit toch relativeren. Maar liefst 94% van de werknemers ziet het nut in van rematching, i.e. de kans om een andere rol op te nemen die beter aansluit bij de eigen talenten. Dat kan inhouden dat de werkgever het takenpakket aanpast of zelfs omgooit of het mogelijk maakt dat de werknemer zijn job in de onderneming combineert met een functie bij een andere organisatie. Meer dan 1 op 10 zegt daartegen geen neen. En waarom niet? Ze zien daarin een kans om zich persoonlijk te ontwikkelen (91%), ze vermoeden daardoor voor zichzelf meer kansen op de arbeidsmarkt (61%) en 37% ziet dat wel zitten omdat hij/zij op zijn/haar job toch is uitgekeken. Tom Vlieghe, Director Acerta Consult: “60% van de werknemers zou de eigen loopbaan wel eens over een andere boeg willen gooien. Dat is toch frappant! Misschien nog het frappantste daaraan is dat dit percentage bij jongeren niet eens significant lager ligt dan bij oudere collega’s: meer dan de helft van de 20- à 30-jarigen is al klaar voor een ommezwaai.”

Is het veranderen van werkgever voor velen nog een brug te ver – scoort jobmobiliteit dus ook in 2018 nog altijd laag volgens de cijfers -, rematching binnen de eigen organisatie is zeker een manier om weer beweging te krijgen in de arbeidsmarkt. Tom Vlieghe: “De intrinsieke motivatie is er alleszins. Ook werkgevers kunnen daar wat mee: als ze weten dat mensen iets nieuws willen, kunnen zij in hun zoektocht breder kijken, aanwerven op potentieel en motivatie en niet meer enkel ervaring proberen te kopiëren.”

Klaar voor een experiment? 80% van de werknemers wel!

Op de vraag of ze ervoor open zouden staan om eens wat anders te proberen, reageren liefst 4 op 5 werknemers positief: ja, laat maar komen, die kans om eens een andere rol te vervullen, om eens in een ander team te werken. Zelfs bij een andere werkgever wat ervaring sprokkelen, daar zou 72% geen neen tegen zeggen.

55% zou het zelfs zien zitten mochten ze twee rollen hebben, verdeeld over 2 werkgevers. Tom Vlieghe: “Werknemers staan dus echt wel open voor nieuwe ideeën, dat hebben ze ons in de Talent Pulse laten zien.” Of de werkgevers voor zoveel creativiteit openstaan, daar twijfelen de werknemers dan weer meer aan. Slechts 57% acht de combinatie van twee verschillende functies bij dezelfde werkgever bespreekbaar. En 68% denkt bij zijn werkgever niet te moeten afkomen met het idee om voor twee werkgevers te werken. “Toch kan dat ook voor werkgevers een stap vooruit zijn. Jobs zijn immers niet langer vaste maar flexibele rollen. De taken veranderen mee met de business en sommige verdwijnen zelfs door digitalisatie en robotisering of ander maatschappelijke evoluties. Dan is het voor een werkgever zeker een interessante piste om ook buiten de eigen onderneming te kunnen kijken om de eigen mensen in te zetten.”

Over de cijfers – Voor de negende keer op rij organiseerde ACERTA in april zijn Talent Pulse. De bevraging werd in april 2018 voor de negende keer uitgerold en voor de eerste keer in samenwerking met JOBAT, bij meer dan 2000 werknemers. De enquête polst naar de intentie en de bereidwilligheid onder werknemers om te veranderen van job, ook ‘jobmobiliteit’ genoemd.